2HV H.5 Taak G

Bonjour 2HV!
1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

Bonjour 2HV!

Slide 1 - Slide

Planner It's Learning

Slide 2 - Slide

Huiswerk achterstand H.2
Wat donderdag niet ingeleverd is via It's Learning moet je die middag op school inhalen!!

Slide 3 - Slide

Huiswerk  H.3 (ma 16u)

Slide 4 - Slide

Check of je je huiswerk af hebt!
Hoofdstuk opening en Taak A :   1, 2, 4, 6, 7 + Quizlet voca A
Taak B : 8, 10, 11 en 12 + Quizlet voca B
Taak C : 13, 14
Taak D : collage over je idool

NIET AF? VANDAAG MAKEN!! 
Quizlets en collage inleveren via It's Learning

Slide 5 - Slide

Regelmatige werkwoorden

op -ir


Finir, choisir, grandir, rougir, réfléchir, réussir, remplir

Slide 6 - Slide

Regelmatige werkwoorden 
op -IR
welke werkwoorden op IR leer je in dit hoofdstuk?  NL-F en F- NL 
choisir - kiezen
finir  - afmaken/eindigen
réfléchir - nadenken
rougir - blozen
remplir - invullen
réussir -slagen
grandir  - groeien

Slide 7 - Slide

Werkwoorden op -ir
Regelmatige werkwoorden op -ir kun je vervoegen door éérst de stam te maken en er daarna de juiste uitgangen achter te zetten.

Slide 8 - Slide

Werkwoorden op IR
Choisir (kiezen)
Remplir (invullen)
Je
choisis
remplis
Tu
choisis
remplis
Il/elle/on
choisit
remplit
Nous
choisissons
remplissons
Vous
choisissez
remplissez
Ils/elles
choisissent
remplissent

Slide 9 - Slide

Dus:
wij kiezen
kiezen -> choisir
stam: chois
Uitgang van 'nous' bij werkwoorden op -ir : issons

Nous choisissons

Slide 10 - Slide

Het werkwoord op -ir in de passé composé
De passé composé bestaat uit twee werkwoorden !!!!

1. Een vorm van het hulpwerkwoord Avoir of Etre

2. Een voltooid deelwoord
Hele werkwoord - ir + i
finir - fin + i = fini (= volt. dw)

Slide 11 - Slide

Werkwoorden op -ir
Welke regel pas je toe bij de présent?
A
stam + uitgang (is,is,it,issons,issez, issent)
B
avoir + volt.dw (stam+i)
C
stam nous-vorm + uitgang (ais,ais,ait,ions,iez,aient
D
stam + uitgang (e,es,e,ons,ez,ent)

Slide 12 - Quiz

Uitgangen werkwoorden die eindigen op -ir:
A
-e, -es, -e, -ons, -ez, -ent
B
-s, -s, -t, -ssons, -ssez, -ssent
C
-e, -es, -e, -ons, -ez, -ont
D
-s, -s, -t, -ssons, -ssez, -ssont

Slide 13 - Quiz

Wat is de juiste uitgang van de regelmatige werkwoorden op -ir bij de 'Je'-vorm
A
is
B
it
C
issons
D
issez

Slide 14 - Quiz

Hoe zien de nous-vormen van de -ir werkwoorden eruit
A
servont/dormont/ sentont/partont
B
sertons/dortons/ sentons/partons
C
servissons/dortissons sentissons/partissons
D
servons/dormons/ sentons/partons

Slide 15 - Quiz

Wat is de juiste uitgang van de regelmatige werkwoorden op -ir bij de 'Il'-vorm
A
is
B
it
C
issons
D
issez

Slide 16 - Quiz

Werkwoorden op -ir
Welke regel pas je toe bij de passé composé?
A
stam + uitgang (is,is,it,issons,issez, issent)
B
avoir + volt.dw (stam+i)
C
stam nous-vorm + uitgang (ais,ais,ait,ions,iez,aient
D
stam + uitgang (e,es,e,ons,ez,ent)

Slide 17 - Quiz

Snap je hoe het werkt?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Opdracht
Maak nu opdracht 26 
VWO : 25

Laat het zien als je klaar bent!

Slide 19 - Slide

A vendredi !!

Slide 20 - Slide