2kader 1.7 Grammatica zinsdelen

Pak je spullen alvast en ga lekker lezen! 
Welkom bij                         1.7 Grammatica              
Je kunt in een zin vinden:
-persoonsvorm
-onderwerp
-werkwoordelijk gezegde (met wederkerend ww)
-lijdend voorwerp
Leg klaar:
Laptop
Schrift
Leesboek
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Pak je spullen alvast en ga lekker lezen! 
Welkom bij                         1.7 Grammatica              
Je kunt in een zin vinden:
-persoonsvorm
-onderwerp
-werkwoordelijk gezegde (met wederkerend ww)
-lijdend voorwerp
Leg klaar:
Laptop
Schrift
Leesboek

Slide 1 - Slide

Uitleg en aantekeningen
Zinsontleden:
-Onderstreep pv = altijd een ww!             Doe de Tijdproef
-Benoem wg = álle ww in de zin                (dus INCLUSIEF pv)
-Benoem ow =  WIE-gedeelte.                     WIE(wat) + wg?
-Benoem lv    =  WAT-gedeelte.                    WAT(wie) + wg + ow?

-Zet zinsdeelstrepen = een zinsdeel kan voor de pv staan
klascode LessonUp= zljih

Slide 2 - Slide

Pak je spullen alvast en ga lekker lezen! 
Welkom bij                       1.7 Grammatica              
Je kunt in een zin vinden:
-persoonsvorm
-onderwerp
-werkwoordelijk gezegde (met wederkerend ww)
-lijdend voorwerp
-je kunt de zinsdeelstrepen zetten

Slide 3 - Slide

Ontleed samen zinnen:  opdracht 1  en 6 

timer
5:00
1. persoonsvorm                     pv
2. werkwoordelijk gezegde wg
3. onderwerp                          ow
4. lijdend voorwerp               lv
5. zinsdeelstrepen                 / / 

Slide 4 - Slide

Aan de slag 1.7 
Aantekeningen (af)maken



         Filmpje "Werkwoordelijk gezegde (1)"
          Filmpje "Werkwoordelijk gezegde (2)"


Maak opdracht: 3, 4, 5, 7, 8 

Slide 5 - Slide

Grammatica 1.7 


Filmpje "Vaste volgorde ontleden"



Slide 6 - Slide

1.7 Aan de slag 
afmaken 7 en 8
9  = lesstof
10 en 11 = toepassen wederkerend ww
14 = totaalopdracht

Extra = 13,  zinsdelenspel met drietal
timer
1:00

Slide 7 - Slide

Aantekeningen wg 
WG :  álle werkwoorden  (dus ook de pv)
- splitsbaar ww 
- aan het + infinitief   
-te              + infinitief
- wederkerend ww .........................
zich vervelen
zich schamen zich scheren
zich misdragen
opeten - eet op
afwassen - wast af
Hij is aan het voetballen.
Zij zit te slapen.

Slide 8 - Slide

Ontleed samen zinnen: 
1. Hugo de Jong koopt een beker koffie op de markt.
2. Hij gooit het lege bekertje weg.
3. Dan begint mijnheer de Jong te rennen.
4. Want Mark Rutte is aan het wachten. 
5. Hij ergert zich groen en geel. 

1. persoonsvorm      pv
2. werkw. gezegde  wg 
3. onderwerp           ow
4. lijdend voorwerp lv
5. zinsdeelstrepen   / / 
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Ontleed samen zinnen: antwoorden
1. Hugo de Jong koopt een beker koffie op de markt.
2. Hij gooit het lege bekertje weg.
3. Dan begint mijnheer de Jong te rennen.
4. Want Mark Rutte is aan het wachten
5. Hij ergert zich groen en geel.

timer
5:00
1. persoonsvorm      pv
2. werkw. gezegde  wg 
3. onderwerp       ow
4. lijdend voorwerp lv
5. zinsdeelstrepen   / / 

Slide 10 - Slide

Ontleed: pv-ow-wg-lv
1. De overheid regelt windmolens in het weiland van de boer.

2. Menig student had enthousiast met het plan ingestemd.

3. De nieuwe teamgenoten van Annelies wilden zoveel mogelijk geld ophalen.

Slide 11 - Slide

Benoem wg
1. In het weekend ben ik vaak aan het gamen.
2. Tijdens de training zit ik opeens aan mijn opa te denken.
3. Ondertussen ben ik dan ook naar de trainer aan het luisteren. 

Slide 12 - Slide

Wederkerend WW? zin.......
1. De ster heeft zich verweerd tegen agressieve fans.
2. Ik kan me niet altijd concentreren tijdens wiskunde.
3. Bij gym ren ik de benen uit mijn lijf.
4. Die klassieke muziek raakt ons diep.
5. Onlangs brachten we een knuffel naar de Voedselbank.
6. Mijn moeder en ik voelden ons belabberd.
7. Hij heeft zich in de luie stoel genesteld met het konijn. 

Slide 13 - Slide

Wederkerend WW? zin.......
1. De ster heeft zich verweerd tegen agressieve fans.
2. Ik kan me niet altijd concentreren tijdens wiskunde.
3. Bij gym ren ik de benen uit mijn lijf.
4. Die klassieke muziek raakt ons diep.
5. Onlangs brachten we een knuffel naar de Voedselbank.
6. Mijn moeder en ik voelden ons belabberd.
7. Hij heeft zich in de luie stoel genesteld met het konijn. 

Slide 14 - Slide

Spelling tt- kort dicteetje

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat nog te doen van 1.7 ?
Quizvragen
Test jezelf
Numo  (nog inloggen)

1.5 : Morgen formatieve toets 

Slide 19 - Slide

Inloggen
-Ga naar        www.numo.nl         klik op inloggen
-toets 'hethvc' in bij verkorte schoolnaam
-klik op wachtwoord vergeten
-vul je hvc-mail in                                 kijk in je Outlookmail (niet de Magistermail!)
-verander daar je wachtwoord => wachtwoord = leerlingnummer
-Uiteindelijk logt de leerling als volgt in:
                             gebruikersnaam: leerlingnummer
                                     wachtwoord: leerlingnummer

Slide 20 - Slide

Pak je spullen alvast en ga lekker lezen! 
Welkom bij                       1.7 Grammatica              
Je kunt in een zin vinden:
-persoonsvorm
-onderwerp
-werkwoordelijk gezegde (met wederkerend ww)
-lijdend voorwerp
-je kunt de zinsdeelstrepen zetten

Slide 21 - Slide

Wat is het w.gezegde in zin 1 en 2?
1. Karlos en zijn broer zijn aan het chillen.
2. De rode kater ligt te snorren op de bank.

A
1. zijn chillen 2. ligt snorren
B
1. zijn aan het chillen 2. ligt aan het snorren
C
1. zijn aan het chillen 2. ligt te snorren
D
1. zijn 2. ligt

Slide 22 - Quiz

In welke zin staat een wederkerend werkwoord?
A
Je verveelt je snel in een saaie les.
B
Je bent snel afgeleid in een saaie les.
C
Je werkt minder hard in een saaie les.
D
Je hoopt dat de tijd snel gaat in een saaie les.

Slide 23 - Quiz

Typ twee wederkerende werkwoorden

Slide 24 - Open question

Welke zin bevat geen wederkerend ww?
A
Ik misdraag me nooit.
B
Hij leeft zich in in de hoofdpersoon.
C
Ik schaam me voor mijn hond.
D
Die auteur schrijft tien boeken tegelijk.

Slide 25 - Quiz

Pak je spullen alvast en ga lekker lezen! 
                     1.7 Grammatica              
Welke leerdoelen kun jij afvinken? 
-persoonsvorm
-onderwerp
-werkwoordelijk gezegde van splitsbare ww
-werkwoordelijk gezegd met te.../ aan het...
-werkwoordelijk gezegde met wederkerend ww
-lijdend voorwerp
-zinsdeelstrepen

Slide 26 - Slide