What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
3.7 verder GL
Wat gaan we doen?
Alles herhalen van de vorige les!
persoonsvorm/infinitief
zelfstandig naamwoord
lijdend voorwerp
splitsbaar werkwoord
Deze manier van ontleden is het allermoeilijkste onderdeel!
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat gaan we doen?
Alles herhalen van de vorige les!
persoonsvorm/infinitief
zelfstandig naamwoord
lijdend voorwerp
splitsbaar werkwoord
Deze manier van ontleden is het allermoeilijkste onderdeel!
Slide 1 - Slide
Persoonsvorm
De
persoonsvorm
is een werkwoord.
Het is altijd maar
1 woord
, behalve als het bestaat uit een splitsbaar werkwoord.
Een splitsbaar werkwoord
is een werkwoord dat je kunt splitsen.
Bijvoorbeeld: uitslapen - hij
slaapt
graag
uit
Je vindt de persoonsvorm door de zin vragend te maken - de pv komt vooraan
De pv verandert als je de zin in een andere tijd zet
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
De hond blaft de hele dag.
A
de hond
B
blaft
C
de hele dag
Slide 4 - Quiz
Welk deel van de volgende zin is het splitsbaar werkwoord? Dus welke woorden horen daarbij?
Het meisje staat altijd heel vroeg op.
Slide 5 - Open question
Een heel werkwoord noemen we 'infinitief'.
Je herkent het hele werkwoord door er 'wij' voor te zetten.
'Hij loopt' wordt dan 'wij lopen' - en dan weet je dat het hele werkwoord 'lopen' is.
Slide 6 - Slide
Wat is het hele werkwoord in de volgende zin:
De hond gaat lekker met zijn baasje wandelen.
A
de hond
B
gaat
C
met zijn baasje
D
wandelen
Slide 7 - Quiz
Alle werkwoorden in de zin noemen we het werkwoordelijk gezegde.
'Ik heb geen zin om daar heel lang te staan wachten!'
In deze zin is het wg: heb staan te wachten
pv = heb
infinitief = staan te wachten
Slide 8 - Slide
Let op: bij het werkwoordelijk gezegde horen ook de woordjes als 'aan het' of 'te'
Bijvoorbeeld: Zij is altijd aan het kletsen.
wg: is
aan het
kletsen
Hij probeert zachtjes te praten.
wg: probeert
te
praten
Slide 9 - Slide
Wat is het werkwoordelijk gezegde in de volgende zin:
In de vakantie was de zon meestal heerlijk aan het schijnen.
A
in de vakantie
B
was
C
was aan het schijnen
D
was de zon
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Video
Wat is het onderwerp
van de zin?
Slide 12 - Mind map
Het onderwerp is degene die iets doet. Je vindt het onderwerp door de vraag te stellen:
Wie of wat + werkwoordelijk gezegde
De jongen loopt elke ochtend vroeg met zijn hondje.
wie/wat + wg =
wie loopt =
de jongen
Hij doet iets, dus hij is het onderwerp.
Slide 13 - Slide
De leerlingen haalden een grap uit met de docent.
Wat is het onderwerp?
A
de leerlingen
B
haalden uit
C
een grap
D
met de docent
Slide 14 - Quiz
En als laatste: het lijdend voorwerp...
Het lijdend voorwerp is dat deel
van de zin waar iets mee gebeurt.
wg = heeft gekneusd
o = Piet
lv = Wat heeft Piet gekneusd?
zijn duim
Piet heeft zijn duim gekneusd.
Slide 15 - Slide
De conducteur knipt de kaartjes.
Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?
A
de conducteur
B
knipt
C
de kaartjes
Slide 16 - Quiz
Let op: een lijdend voorwerp komt niet na een voorzetsel
Hij is verliefd op haar
op = voorzetsel, dus geen lv
Slide 17 - Slide
Aan de slag!
Maken: 3.7
opdracht 1, 4, 7 t/m 19 (
17 NIET!
)
Je krijgt hier nog 2 lessen de tijd voor.
Test Jezelf is huiswerk,
die maak je voor
volgende week maandag.
timer
1:00
Slide 18 - Slide
Hoe heb je gewerkt vandaag?
0
10
Slide 19 - Poll
Hoe vind je grammatica?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 20 - Poll
More lessons like this
Les 5 (21 september 2024)
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12
3.7 grammatica
January 2024
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
3.7 grammatica
July 2022
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
Hoofdstuk 3.7 Grammatica
February 2022
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
3.7 grammatica
February 2022
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
3.7 grammatica
January 2020
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
3.7 grammatica
August 2022
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
3.7 Herhaling
December 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2