Hoofdstuk 3 paragraaf 3

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Hoofdstuk 3 - Brazilië

paragraaf 3  

Spoorboekje

• Uitleg paragraaf 3
• aan de slag
• huiswerk
• les afsluiten 

Leerdoelen

Je kunt de spreiding van de klimaten in Brazilië beschrijven en verklaren.

Je kunt de spreiding van de landschappen en vegetatietypen in Brazilië beschrijven en verklaren.

Je kunt de ecologische draagkracht van de landschappen in Brazilië en de overschrijding daarvan door de mens beschrijven en verklaren.

Klimaatfactoren

Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:

• breedteligging
• hoogteligging
• reliëf (loef- / lijzijde)
• invloed van zee- en luchtstromen
  

Klimaatfactoren

Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:

• breedteligging
• hoogteligging
• reliëf (loef- / lijzijde)
• invloed van zee- en luchtstromen
  

Klimaatfactoren

Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:

• breedteligging
• hoogteligging
• reliëf (loef- / lijzijde)
• invloed van zee- en luchtstromen
  

Wet van 

Buys Ballot

Hoe luidt de 

Wet van Buys Ballot?

Wet van Buys Ballot

Beschrijving: Wet van Buys Ballot - Coriolliseffect

Je zou verwachten dat de lucht in een rechte lijn van een hoge- naar een lagedrukgebied stroomt. Maar alles wat op de aarde beweegt, krijgt een afwijking. Op het noordelijk halfrond naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links. Dit heet het Corioliseffect, vernoemd naar Gaspard de Coriolis.

De wet van Buys Ballot is een wet uit de meteorologie, genoemd naar de Nederlandse meteoroloog Christophorus Buys Ballot.

Op het noordelijk halfrond waait de wind van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied met een afwijking naar rechts, door de draaiing van de aarde om zijn as.

Door de algemene luchtcirculatie rondom de aarde kennen we gebieden met permanente hogedruk bij de subtropen en bij de polen. Globaal gezien ziet dat eruit zoals op de afbeelding is weergegeven maar o.a. door de wisseling van de seizoenen verschuiven deze zones en zo kennen we:

• gebieden met hogedruk die vrijwel het hele jaar droog zijn zoals bij de polen en de subtropen,
• gebieden waar het het hele jaar door geregeld regent zoals de gebieden bij de middelste breedtegraden,
• gebieden waar het zomers overwegend droog is en 's winters nat
• gebieden waar het zomers geregeld regent en 's winters overwegend droog blijft. 

landschappen

Noordwesten: tropisch regenwoud (selva) - grote biodiversiteit

Ten zuiden hiervan: savanne, grootste deel bestaat uit boomsavanne (cerrado)

 - moerasgebied (Pantanal)

    - doornstruiksavanne (caatinga)

 - Atlantisch regenwoud en mangrove langs de kust

    - pampa’s (graslanden) in het uiterste zuiden