paragraaf 6.1

Hoofdstuk 6, gebieden zuid-amerika 
Paragraaf 1 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 6, gebieden zuid-amerika 
Paragraaf 1 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

spoorboekje
  • planning komende 2 1/2 week 
  • paragraaf 6.1 - landschappen en klimaten zuid-amerika
  • aan de slag - opdrachten maken 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Klimaatfactoren
Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:
  • breedteligging
  • hoogteligging
  • reliëf (loef- / lijzijde)
  • invloed van zee- en luchtstromen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Klimaatfactoren
Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:
  • breedteligging
  • hoogteligging
  • reliëf (loef- / lijzijde)
  • invloed van zee- en luchtstromen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Klimaatfactoren
Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:
  • breedteligging
  • hoogteligging
  • reliëf (loef- / lijzijde)
  • invloed van zee- en luchtstromen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wet van 
Buys Ballot


Hoe luidt de 
Wet van Buys Ballot?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wet van Buys Ballot

Slide 10 - Slide

Beschrijving: Wet van Buys Ballot - Coriolliseffect

Je zou verwachten dat de lucht in een rechte lijn van een hoge- naar een lagedrukgebied stroomt. Maar alles wat op de aarde beweegt, krijgt een afwijking. Op het noordelijk halfrond naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links. Dit heet het Corioliseffect, vernoemd naar Gaspard de Coriolis.
De wet van Buys Ballot is een wet uit de meteorologie, genoemd naar de Nederlandse meteoroloog Christophorus Buys Ballot.
Op het noordelijk halfrond waait de wind van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied met een afwijking naar rechts, door de draaiing van de aarde om zijn as.

Door de algemene luchtcirculatie rondom de aarde kennen we gebieden met permanente hogedruk bij de subtropen en bij de polen. Globaal gezien ziet dat eruit zoals op de afbeelding is weergegeven maar o.a. door de wisseling van de seizoenen verschuiven deze zones en zo kennen we:
  • gebieden met hogedruk die vrijwel het hele jaar droog zijn zoals bij de polen en de subtropen,
  • gebieden waar het het hele jaar door geregeld regent zoals de gebieden bij de middelste breedtegraden,
  • gebieden waar het zomers overwegend droog is en 's winters nat
  • gebieden waar het zomers geregeld regent en 's winters overwegend droog blijft. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

aan de slag
opdrachten maken 

en/of 

les voorbereiden

Slide 15 - Slide

This item has no instructions