begrip achter tafels

Tafels van vermenigvuldiging
1 / 20
next
Slide 1: Slide
horecaPraktijkonderwijs

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Tafels van vermenigvuldiging

Slide 1 - Slide

Wat ga je doen?
  1. Deze les ga je kijken naar de opbouw van tafel sommen. 
  2. Je gaat verschillende sommen maken. 
  3. Morgen gaan we de les bespreken. 

Neem de tijd! 
Fouten maken mag, maar probeer geen onnodige fouten te maken. 
Je mag bij deze les GEEN rekenmachine gebruiken. 
Je mag wel kladpapier gebruiken. 

Slide 2 - Slide

LET OP! Dit is een voorbeeld.
5 + 5 + 5 = 3 x 5

7 + 7 + 7 + 7 + 7 + 7 = 6 x 7

10 + 10 + 10 + 10 + 10 + 10 + 10 + 10 + 10 = 9 x 10 

Slide 3 - Slide

Welke sommen zijn hetzelfde?
8 + 8 + 8 + 8
2 + 2 + 2 + 2 + 2 + 2 + 2 + 2
5 + 5 + 5 + 5 + 5 
10 + 10 + 10 + 10 + 10 + 10
4 x 8
8 x 2
5 x 5 
6 x 10
6 x 5 
8 x 4
2 x 8
5 x 10

Slide 4 - Drag question

LET OP! Dit is een voorbeeld. 
6 x 8 = 5 x 8 + 8

6 x 2 = 5 x 2 + 2 

4 x 7 = 5 x 7 - 7

9 x 3 = 10 x 3 - 3

Slide 5 - Slide

Welke sommen zijn hetzelfde?
6 x 4 
4 x 9 
9 x 8 
6 x 7
 5 x 7 + 7 
 5 x 4 + 4 
 10 x 8 - 8 
 5 x 9 - 9 

Slide 6 - Drag question

LET OP! Dit is een voorbeeld.
Welke som zie je? 









5 x 4
Ik zie 5 tafels met 4 poten. 
5 tafels X 4 poten 
5 X 4 

Slide 7 - Slide

Welke som hoort bij dit plaatje?
1. Hoeveel zakken zie je? 
2. Hoeveel knikkers in een zak? 
A
4 x 3
B
12 x 1
C
6 x 2
D
3 x 4

Slide 8 - Quiz

Welke som hoort bij dit plaatje?
1. Hoeveel kroontjes zie je?
2. Hoeveel bolletjes op een kroontje? 
A
2 x 3
B
9 x 1
C
3 x 3
D
9 x 3

Slide 9 - Quiz

Welke som hoort bij dit plaatje?

1. Hoeveel eierdozen zie je? 
2. Hoerveel eieren in een doos? 
A
3 x 9
B
6 x 6
C
6 x 5
D
5 x 6

Slide 10 - Quiz

Welke som hoort bij dit plaatje?

1. Hoeveel rijen zie je? 
2. Hoeveel stenen in 1 rij? 
A
8 x 5
B
4 x 8
C
8 x 4
D
32 x 1

Slide 11 - Quiz

Welke som hoort bij dit plaatje?
1. Hoeveel eierdozen zie je?
2. Hoeveel eieren in een doos? 
A
5 x 5
B
5 x 10
C
50 x 1
D
10 x 5

Slide 12 - Quiz

Welke keer som zie je?

Slide 13 - Open question

Welke keer som zie je?

Slide 14 - Open question

Welke keer som zie je?

Slide 15 - Open question

Welke keer som zie je?

Slide 16 - Open question

Welke TWEE keer sommen zie je?

Slide 17 - Open question

Huiswerk voor morgen!
Zoek TWEE voorwerpen in jouw huis waar je een keer som in ziet en neem deze morgen mee naar school.

Op de volgende slide zie je drie voorbeelden!

 

Slide 18 - Slide

Voorbeelden
7 x 5 stickers
2 x 8 verftubes
1 x 5 vingers

Slide 19 - Slide





Je bent klaar met deze les!

Slide 20 - Slide