thema 8.3 waanzinnige experimenten

Weegt lucht niks?
A
ja
B
nee
1 / 19
next
Slide 1: Quiz
natuurBasisschoolGroep 8

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Weegt lucht niks?
A
ja
B
nee

Slide 1 - Quiz

Kan ik een baksteen kantelen met een plasticzakje zonder hem op te tillen?
A
ja
B
nee

Slide 2 - Quiz

Denk je nu nog steeds dat lucht niks weegt?
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Video

Dus... Hoe zit dat nou met luchtdruk?

Slide 5 - Open question

Weetje!
1 liter lucht weegt 0,003 gram.

Slide 6 - Slide

Natuurkundige verschijnselen zijn alle verschijnselen in de levenloze natuur.

Slide 7 - Slide

natuurkundige verschijnselen

Slide 8 - Mind map

Dus natuurkundige verschijnselen zijn....

Geluid, licht, kleur, warmte, magnetisme, statische elektriciteit, vaste stof en vloeistof. 
Al die verschijnselen hebben hun eigen kenmerken.
Denk bijvoorbeeld bij water aan ijs of waterdamp.
 Met natuurkundige verschijnselen kun je experimenteren.

Slide 9 - Slide

Kan je met een ballon elektriciteit opwekken?
A
ja
B
nee
C
weet ik niet

Slide 10 - Quiz

Hoe ontstaat bliksem?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

Natuurkundige verschijnselen…


A
zijn alle verschijnselen in de dode natuur.
B
zijn alle verschijnselen in de levenloze natuur.
C
zijn alle verschijnselen in de levende natuur.
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 14 - Quiz

Wat is geen natuurkundig verschijnsel?
A
bliksem
B
luchtdruk
C
geluid
D
cultuur

Slide 15 - Quiz

Een natuurkundige wetenschapper onderzoekt....
A
verschijnselen in de levende natuur
B
verschijnselen in de dode natuur
C
verschijnselen in de levenloze natuur
D
alles

Slide 16 - Quiz

Hoe ontstaat bliksem?
A
door warme luchtdruk
B
door botsing van een positief geladen wolk en een negatief geladen wolk
C
door botsende wolken
D
door regen en zon

Slide 17 - Quiz

Wat ontstaat er als de zon schijnt, maar het ondertussen ook regent.
A
een kristal
B
een bliksemschicht
C
een regenboog
D
een frazineer

Slide 18 - Quiz

Hoe wordt geluid vervoerd?
A
door trillingen in de lucht
B
door je oren
C
door je mond
D
door onzichtbare lijnen in de lucht

Slide 19 - Quiz