This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Week 1, les 2
Slide 1 - Slide
Programma
Leerdoelen van vandaag
Uitleg 2.4 & 2.5
Herhaling microscoop
Tijd over: voorbespreking practicum
Slide 2 - Slide
Leerdoelen van vandaag
Je kunt de verschillende celonderdelen van planten en dieren benoemen
Je kunt de functie van de verschillende celonderdelen benoemen
Slide 3 - Slide
Hoe wordt dit gebruikt in je werk?
Organellen planten: ecologisch analist, plantenveredeling of het optimaliseren van plantenteelt
Organellen dieren: medisch analist, bloedbank medewerker of onderzoekscentra
Slide 4 - Slide
Typen cellen
Eukaryoot = met celkern
Planten, dieren, algen, schimmels, protozoën
Zijn gespecialiseerder door aanwezigheid van meer celstructuren
Prokaryoot = zonder celkern
Bacteriën
Slide 5 - Slide
Welke celonderdelen (met uitgang van de celkern) ken je al?
Slide 6 - Mind map
Slide 7 - Slide
Celmembraan
Dun laagje dat hele cel omsluit
Alleen met EM zichtbaar
Geeft stevigheid en bescherming
Regelt transport van stoffen
Slide 8 - Slide
Celkern (nucleus)
Grootste en meest opvallende organel
Bijna altijd aanwezig
Bestaat uit korrelige massa (kernplasma) waarin chromatine ligt en vaak nucleoli
Omgeven door dubbelmembraan
Slide 9 - Slide
Celkern details
Chromatine bestaat uit lange dunne draden van DNA
Kernlichaam (nucleolus) is vooral in niet-delende cellen zichtbaar en zijn structuren die zorgen voor de aanmaak en transport van deeltjes die later ribosomen worden
Kernporiën laten selectief stoffen door
Slide 10 - Slide
Ribosomen
Kunnen vrij in cytoplasma liggen of gebonden zijn aan endoplasmatisch reticulum
''Eiwitfabriekjes''
Slide 11 - Slide
Endoplasmatisch reticulum (ER)
Bevat een netwerk van blaasjes en buisjes die door cytoplasma heen lopen
Ruw ER = ribosomen eraan
Glad ER = geen ribosomen
Transporteert eiwitten, maken van nieuwe membranen, ontgifting van stoffen en maken van lipiden
Slide 12 - Slide
Golgi-apparaat
Zichtbaar met EM
Verwant aan ER, blaasjes gaan van ER fuseren aan Golgi en aan andere kant snoeren ze af
(endo- & exocytose)
Producten vanuit ER worden chemisch omgebouwd voor functies buiten de cel
Slide 13 - Slide
Endo- en exocytose
Slide 14 - Slide
Lysosomen
Blaasjes gevuld met enzymen
Zorgen voor vertering en afbraak van grote moleculen zoals eiwitten en koolhydraten wanneer voedseldeeltjes de cel in komen