De Romantiek kan beschouwd worden als een stroming die reageerde op de strenge rationaliteit van de
Verlichting. Ten tijde van de Verlichting was onder invloed van Descartes het idee ontstaan dat er een streng onderscheid bestond tussen de objectief waarneembare wereld en de subjectieve beleving daarvan; een scheiding tussen lichaam en geest. In de Romantiek komt een reactie op, die juist
de intuïtie, het verhevigde gevoel, de persoonlijke beleving meer centraal stelt. Het
originele, individuele en authentieke wordt belangrijk in de kunst, evenals het begrip '
het sublieme'. Sublieme kunst levert een paradoxale ervaring op die heel suggestief is: het gaat om iets dat zowel mooi, overweldigend, groots maar tegelijkertijd ook beangstigend, huiveringwekkend, duister of oneindig is. Onder invloed van de ideeën van Blake, Goethe, Carus en Baudelaire ontstaat een accent op het individuele in de kunst, op de creatieve vermogens (genie) en op de persoon van de kunstenaar. Kunstenaars werken gericht op het uitdrukken van individuele expressie (originaliteit, genialiteit; lyriek, dramatiek); gericht op schoonheid: de pure, absolute of formele kunst en de esthetiek (l'Art pour l'Art) anderzijds worden kunstenaars geïnspireerd door het verbeelden of verklanken van verhalen (mythen, legenden, sprookjes, poëzie). Zo ontstaan verschillende stijlen en
stromingen en dat geldt voor alle kunstdisciplines. Aan het eind van de negentiende eeuw ontstaan grote maatschappelijke verschillen tussen de welvaart van de rijke industriëlen en grote armoede bij de arbeiders die in vervuilde steden woonden.