komma's en leestekens

• Nederlands
• Secundair onderwijs

Er stonden auto's fietsen en brommers voor de kerk.
Dit is een correcte zin.

1. ja
2. nee

De journalisten, die aanwezig waren op de persconferentie, werden opgepakt.
De journalisten die aanwezig waren op de persconferentie werden opgepakt.
Deze zinnen betekenen hetzelfde.

1. ja
2. nee

Hij loog, want anders zou zijn moeder hem straffen.
De komma is overbodig.

1. ja
2. nee

Hij liegt, en hij steelt.
De komma is overbodig.

1. ja
2. nee

Hij vertelde, dat hij iets gezien had.
De komma is overbodig.

1. ja
2. nee

Beste leerlingen, vanaf volgend schooljaar mag je dragen wat je wil.
De komma is overbodig.

1. ja
2. nee

Omdat mijn broer niet reageert, heb ik hem gebeld.
De komma is overbodig.

1. ja
2. nee

Tine zei 'Ik voel me moe.'
Er ontbreekt een leesteken in de zin.

1. ja
2. nee

Een tekst bestaat uit drie delen: een inleiding, een midden en een slot.
Het dubbele punt is overbodig.

1. ja
2. nee

Tsjechen zijn de grootste bierdrinkers: ze drinken jaarlijks gemiddeld 160,5 liter bier.
De dubbelde punt heeft een functie in deze zin.

1. ja
2. nee