10. 8a Blok 1 - week 3 - les 2 rente en BTW

Warming up:
Hoe reken ik 10% van € 800,- uit?
1 / 25
next
Slide 1: Open question
RekenenBasisschoolGroep 8

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Warming up:
Hoe reken ik 10% van € 800,- uit?

Slide 1 - Open question


Slide 2 - Open question

Een computer kost € 500,-
Ik krijg 30% korting.
Wat moet ik betalen?
A
€ 200,-
B
€ 250,-
C
€ 300,-
D
€ 350,-

Slide 3 - Quiz

Wat is de 1% regel?

Slide 4 - Open question


A
groter
B
kleiner
C
duurder
D
goedkoper

Slide 5 - Quiz

Een computer kost € 400,-
De prijs wordt met 6% verhoogd.
Wat moet ik betalen?
A
€ 404,-
B
€ 424,-
C
€ 406,-
D
€ 430,-

Slide 6 - Quiz


Slide 7 - Open question

lesdoel

Ik kan berekeningen maken met rente, prijsverhoging en BTW.
Ik ken de 1% en de 10% regel.


BTW
Belasting Toegevoegde Waarde
Omzetbelasting

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

BTW en RENTE
Als je iets koopt, is een deel van de prijs omzetbelasting. Dit deel moet de verkoper afdragen aan de belastingdienst. Die betaalt met dat geld allerlei zaken die voor ons allemaal belangrijk zijn. Bijvoorbeeld de aanleg van nieuwe wegen.

Als je geld leent moet je rente betalen. Dat betekent dat je meer terug moet betalen dan

Slide 10 - Slide

Waarom denk jij dat we BTW betalen ?

Slide 11 - Open question

Exclusief 21% BTW
Inclusief 6% BTW

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Een scooter kost € 2.000,- exclusief 21% BTW. Inclusief BTW betaal je € 2.021,-
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

Wat betekent exclusief BTW

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

€ 4000,- exclusief 21% BTW
Wat moet ik betalen? We gebruiken de 1% regel.




1. Deel het bedrag door 100. Dus € 4000 : 100 =  € 40

2. Vermenigvuldig dat bedrag met 21. Dus € 40 x 21 = € 840

3. Tel dit bedrag op bij de € 4000. Dus € 4000 + € 840 = € 4840

Slide 17 - Slide

Wij samen
  • Ik reken uit hoeveel euro 6% is.
  • Ik tel het aantal Euro's op bij de prijs.
  • Nu weet ik de prijs, inclusief BTW.
De prijs van deze taart is
€ 250,- exlusief 6 % BTW.
  Wat moet ik betalen?

Slide 18 - Slide

Jullie
  • Ik reken uit hoeveel euro 6% is.
  • Ik tel het aantal Euro's op bij de prijs.
  • Nu weet ik wat ik moet betalen.
De prijs van deze fiets is
€ 1200,- .

De prijs wordt verhoogd met 6%. Wat moet ik betalen?

Slide 19 - Slide

Jij
De prijs van deze oldtimer is € 5500,- .
De prijs wordt verhoogd met 3%. Wat moet ik betalen?

Slide 20 - Slide


Slide 21 - Open question

Vragen
  • Wat is de 10% regel
  • Wat is de 1% regel
  • Waarom betalen wij BTW
  • Wanneer betaal je rente?
Denk eraan:
gebruik een verhoudingstabel als je het moeilijk vindt.

Slide 22 - Slide


Slide 23 - Open question

aan het werk
8A Blok 1- week 3 - les 2.

Begin bij Opgave 1 N
maak alle opgaven
daarna 10 x plussen

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link