In bron 2 is de lange kringloop van het water afgebeeld. Op diverse plaatsen in de bron zijn de teksten vervangen door letters. Bij de letters H en K zie je pijlen afgebeeld.
Beoordeel nu onderstaande stellingen. Welk antwoord is juist?
I Door wat de pijlen bij de letters K en H aangeven, neemt de hoeveelheid nuttige
neerslag in het stroomgebied bij K en H toe.
II Bij de letter C is de ondergrondse afstroming van water ingetekend.
A I en II zijn juist.
B I is juist, II is onjuist.
C II is juist, I is onjuist .
D I en II zijn onjuist.