§5.3 De invloed van reliëf

Reliëf = hoogteverschillen
§5.3 De invloed van reliëf
Ook de hoogteligging heeft invloed op het klimaat en de vegetatie. Hoog in de bergen vind je sneeuw en ijs, terwijl in het dal bomen groeien. Hoe kan dat?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Reliëf = hoogteverschillen
§5.3 De invloed van reliëf
Ook de hoogteligging heeft invloed op het klimaat en de vegetatie. Hoog in de bergen vind je sneeuw en ijs, terwijl in het dal bomen groeien. Hoe kan dat?

Slide 1 - Slide

Planning
  - Herhaling §5.2
  - Leerdoelen
  - Uitleg
  - Video
  - Opdrachten maken

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
- Je kunt beschrijven welke soorten reliëf er zijn.

- Je kent de algemene regel dat hoe hoger je op een gebergte komt, hoe lager de gemiddelde temperatuur van de lucht is (of: hoe kouder het wordt).

- Je kunt beschrijven welke klimaten er in een hooggebergte kunnen voorkomen.

- Je kunt beschrijven welke hoogtegordels er in een hooggebergte kunnen voorkomen, en uitleggen hoe deze samenhangen met de gemiddelde temperatuur.

- Je kunt uitleggen hoe bij een gebergte neerslag ontstaat en dat er een loef- en een lijzijde is.

Slide 3 - Slide

Sleep de begrippen naar de juiste afbeelding
Aflandige wind
Aanlandige wind

Slide 4 - Drag question

Nederland 
Oost-Europa 
In de winter ligt de temperatuur hier vaak onder het vriespunt 
Door het zeewater zijn de temperaturen hier minder extreem 
De zee heeft hier nauwelijks invloed op de temperatuur
In de winter zorgt de aanlandige wind hier voor zachter weer

Slide 5 - Drag question

Leg uit welke invloed de zee heeft voor de temperatuur in NL, in de winter.

Slide 6 - Open question

Alpen
Alpen
De Alpen is een van de hooggebergten (> 1500 meter) die we hebben in Europa, het gebergte ligt in de volgende landen: Frankrijk, Zwitserland, Oostenrijk en Italië.

Op de foto rechts zie je verschillende lijnen (rode, zwarte) op het gebergte lopen, wat zullen die lijnen betekenen?
Klik hier als laatst op
De rode en zwarte lijnen, staan voor skiliften en skipistes! 

Slide 7 - Slide

Hoogteverschillen
Europa kent veel hoogteverschillen in het landschap, dit wordt reliëf genoemd.

Slide 8 - Slide

Laagland
Dit is een gebied met weinig reliëf (max. 200m hoog).
Grote delen van Nederland zijn laagland.

Slide 9 - Slide

Heuvelland
Een gebied met heuvels van 200 tot 500m, wordt heuvelland genoemd. Zuid-Limburg is hier een voorbeeld van.

Slide 10 - Slide

Middelgebergten
In gebieden met veel reliëf zijn de hoogteverschillen groter dan 500m. Er zijn middelgebergten, zoals de Eifel, met bergen tussen 500 tot 1.500 m hoog.

Slide 11 - Slide

Hooggebergten
Er zijn ook hooggebergten, zoals de Alpen, met toppen van meer dan 1.500 m.

Slide 12 - Slide

Temperatuur en hoogte
  • Hoog in de bergen is het kouder dan in de dalen. Hoe hoger je op een gebergte komt, hoe lager de gemiddelde temperatuur van de lucht is.

  • Per 1000 meter daalt de lucht met 6 graden.
Als het bijvoorbeeld 20 graden in het dal is, en je 1000 meter omhoog gaat, hoe warm is het dan?

  • Hooggebergteklimaat = hooggebergte waar de temperatuur nooit boven de 10 graden uitkomt. Hier ontstaan bijvoorbeeld gletsjers (een ijsmassa die naar beneden schuift).

Het dal is het gebied aan de voet (onderkant) van de berg.
Het is dan 14 graden, 1000 meter hoger.
Gletsjer

Slide 13 - Slide

Hoogtegordels
Hoogtegordels zijn natuurlijke zones op een bergen. Dit komt omdat niet alle bomen tegen de kou kunnen, omdat hoe hoger je komt, het steeds kouder wordt in de bergen.
De loofboomgordel loopt tot ongeveer 1000 meter hoogte. Dit heet de loofboomgordel.
De alpenwijden is een natuurlijke zone, die bestaat uit gras en mos.

De naaldboomgordel ligt boven de loofboomgordel, omdat dit type boom beter tegen de kou kan. 
Rond de 2000 meter is de boomgrens dit wil zeggen dat boven deze hoogte geen bomen meer kunnen groeien omdat het te koud is (< 10 graden celsius).
De rotsgordel wil zeggen dat de alpenweiden steeds kaler en rotsachtiger begint te worden (vanaf 2.500m). Op deze hoogte is het zelfs voor planten te koud om te groeien.
Eeuwige sneeuw is sneeuw dat elk seizoen blijft liggen (dus ook in de zomer), omdat dit gebied zo hoog ligt dat het er altijd koud is (vanaf 3.500m).

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Loefzijde
Kenmerk: 
- Wolken moeten stijgen, omdat ze over de berg willen. 
Hierdoor gaat het hier veel regenen.

Lijzijde / regenschaduw
Kenmerken:
- Heel droog, omdat al de neerslag al aan de loefzijde is gevallen.
- Hier zie je vaak droge klimaten, zoals woestijnen of steppen.
- De droge kant van de berg ligt in de regenschaduw.

(B)lij = (geen regen!)

Slide 16 - Slide

Opdracht
Huiswerk
Maak de opdrachten van §3.

Slide 17 - Slide