2023_week48_2v_les1_Spickzettel voorzetsels oefenen + ppt

1 / 29
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Du hast 3 min für:


Je hebt 2 min om: 

  • Jacke aus
  • Laptop geschlossen auf dem Tisch
  • Buch/ Heft/ Stift auf dem Tisch
timer
3:00
  • Als de timer is gestopt zie ik iedereen de woordjes van Lektion 3 op blz. 51 schrijven.

Slide 3 - Slide

Vertaal eerst de woorden en maak dan Duitse 5 zinnen met woorden naar keuze. Zonder boek!
timer
7:00
  • de braadworst
  • de vis
  • de fles
  • de gehaktbal
  • de groente
  • de vork
  • de lepel
  • het mes
  • het mineraalwater
  • de pasta
  • het sinaasappelsap
  • de rijst
Gebruik 5 verschillende persoonlijke voornaamwoorden 

Gebruik 5 vormen van haben

Slide 4 - Slide

Was machen wir heute?
  • Wörter schreiben 
  • Quiz mit Spickzettel
  • Klassenarbeit besprechen



  • Abschluss: Hausaufgaben

Slide 5 - Slide

Lernziel
Aan het einde van de les kan je tenminste vier voorzetsels die bij de 3e en de 4e naamval benoemen, doordat we een quiz hebben gespeeld.

Slide 6 - Slide

"aus" hoort bij de 4e naamval
waar
niet waar

Slide 7 - Poll

een: 4e, m = ein
waar
niet waar

Slide 8 - Poll

bei + jou = dich
waar
niet waar

Slide 9 - Poll

Ich spiele gegen ihn.
juist
onjuist

Slide 10 - Poll

Seit betekent naar.
waar
niet waar

Slide 11 - Poll

Ich habe gestern mit........(haar).
A
sie
B
ihr

Slide 12 - Quiz

Wir haben Kekse für ........(jullie) mitgenommen.
A
ihr
B
euch

Slide 13 - Quiz

Von........(hem) haben wir noch nichts gehört.
A
ihn
B
er
C
ihm

Slide 14 - Quiz

Nächste Woche fahre ich zu.........(hun).
A
sie
B
ihnen

Slide 15 - Quiz

Nach........(jou) bin ich dran.
A
dir
B
dich
C
du

Slide 16 - Quiz

Mach dir bloß keine Sorgen um......(mij).
A
ich
B
mich
C
mir

Slide 17 - Quiz

Klassenarbeit besprechen

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Lernziel
Aan het einde van de les kan je tenminste vier voorzetsels die bij de 3e en de 4e naamval benoemen, doordat we een quiz hebben gespeeld.

Slide 26 - Slide

Hausaufgaben
Lernen: Wörter Redemittel, Seite 51

Slide 27 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 28 - Slide

Tschüss!! 
Tschüssie!! 

Slide 29 - Slide