This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
herhaling 2.1 en 2.2
soorten mengsels & heterogene mengsels scheiden
Slide 1 - Slide
Zuivere stoffen en mengsels
Zuivere stoffen bestaan uit één soort stoffen
Mengsels bestaan uit twee of meer soorten stoffen
Slide 2 - Slide
Smeltpunt en kookpunt
Zuivere stoffen
Slide 3 - Slide
Mengsel
Stoltraject
Mengsel
bij een mengsel heb je een: smelttraject, stoltraject of kooktraject
Traject
Slide 4 - Slide
zuivere stoffen
Slide 5 - Slide
Is de stof een zuivere stof of een mengsel?
suiker is een
limonade is een
diamant is een
thee is een
zuivere stof
zuivere stof
zuivere stof
zuivere stof
mengsel
mengsel
mengsel
mengsel
Slide 6 - Drag question
Drie zuivere stoffen zijn:
A
keukenzout, azijn en zeewater
B
lucht, koper en alcohol
C
zilver, wijn en benzine
D
zuurstof, suiker en lood
Slide 7 - Quiz
Wat is de definitie van een mengsel? Een mengsel...
A
bestaat uit een soort moleculen.
B
bestaat uit meerdere soorten moleculen.
C
bestaat uit meerdere moleculen.
D
bestaat uit meerdere soorten atomen
Slide 8 - Quiz
Soorten mengsels
Bijna alles is een mengsel
Lucht, koffie, sausjes, snoep
Oplossingen
Suspensies
Emulsies
Slide 9 - Slide
Oplossingen
Een oplossing is een Homogeen mengsel en is altijd Helder.
Slide 10 - Slide
Een suspensie
Bij een suspensie heb je een vaste stof die niet oplost in de vloeistof.
Een suspensie is dus een vaste stof in een vloeistof.
Het is troebel!
Slide 11 - Slide
Suspensies herkennen
Als een mengsel troebel (ondoorzichtig) is, kan het dus geen oplossing zijn maar een suspensie
Verf bijvoorbeeld is geen oplossing, maar een suspensie: dat is een vloeistof waarin een fijn verdeeld poeder zweeft. Verf ontmengt; het poeder zakt na verloop van tijd naar de bodem van het blik.
Slide 12 - Slide
emulsie
een emulsie is een mengsel van een niet opgeloste vloeistof in een andere vloeistof.
Belletjes van de niet opgeloste vloeistof zweven dan in de andere vloeistof.
Je kan een emulsie herkennen omdat die troebel is.
Mayonaise is een voorbeeld van een emulsie.
Maar ook melk en bodylotion zijn emulsies
Slide 13 - Slide
Soorten mengsels
Emulsie
- Met een emulgator kan je een emulsie wel mengen
Slide 14 - Slide
Wat is een suspensie en hoe herken je een suspensie?
Slide 15 - Open question
Wat is een oplossing?
A
een troebele vloeistof
B
een heldere vloeistof zonder stukjes
C
een vloeistof met stukjes er in
Slide 16 - Quiz
Wat is een suspensie?
A
Cola
B
Verf
C
Water
D
Thee met suiker
Slide 17 - Quiz
Een suspensie is een soort mengsel. Wat is een voorbeeld van een suspensie?
A
Thee
B
Limonade
C
Sinaasappelsap
D
Zout water
Slide 18 - Quiz
Een emulsie is:
A
een troebel mengsel van een vaste stof in een vloeistof
B
een helder mengsel van een vaste stof i neen vloeistof
C
een troebel mengsel van vloeistoffen
D
een helder mengsel van vloeistoffen
Slide 19 - Quiz
nog meer soorten mengsels
nevel (mist); vloeistof fijn verdeeld in een gas = heterogeen mengsel
rook; vaste stof fijn verdeeld in een gas = heterogeen mengsel
legering (alliage); metaal gemengd met een ander metaal = homgeen mengsel
Slide 20 - Slide
Een mengsel van kleine vaste en vloeibare deeltjes in een gas noemen we een
Slide 21 - Open question
Rook is een mengsel. Waaruit bestaat rook?
A
vaste deeltjes, fijn verdeeld in een gas
B
vaste deeltjes, fijn verdeeld in een vloeistof
C
vloeistofdruppeltjes, fijn verdeeld in een gas
D
vloeistofdruppeltjes, fijn verdeeld in een vloeistof
Slide 22 - Quiz
Heterogeen mengsel
Bestanddelen kun je wel onderscheiden
Homogeen mengsel
Bestanddelen kun je niet onderscheiden
Slide 23 - Slide
Homogeen mengsel of heterogeen mengsel?
Homogeen mengsel: je ziet geen verschillende stoffen
(oplossing en legering)
Heterogeen mengsel: je ziet wel verschillende stoffen
(alle andere mengsels)
Slide 24 - Slide
Wat is het verschil tussen een homogeen en heterogeen mengsel?
Slide 25 - Open question
Welk mengsel is een homogeen mengsel?
A
Emulsie
B
Legering
C
Nevel
D
Suspensie
Slide 26 - Quiz
Een mengsel van zout en water is een ............. mengsel
A
homogeen
B
heterogeen
Slide 27 - Quiz
Homogeen mengsel
Heterogeen mengsel
Slide 28 - Drag question
is dit een homogeen of heterogeen mengsel?
A
homogeen
B
heterogeen
Slide 29 - Quiz
Bezinken
Scheidingsmethode: Bezinken
Stofeigenschap: Dichtheid
Soort mengsel: Suspensie
Emulsie
Slide 30 - Slide
Filtreren
Scheidingsmethode: Filtreren
Stofeigenschap: Deeltjesgrootte
Soort mengsel: Suspensie
Slide 31 - Slide
Extraheren
Principe:
verschil in oplosbaarheid.
(extraheren wordt altijd gevolgd door filtreren)
Slide 32 - Slide
Extraheren is?
A
Het verschil in dichtheid
B
Het verschil in oplosbaarheid
C
Het verschil in deeltjesgrootte
Slide 33 - Quiz
Wat is filtreren? Filtreren is een manier om:
A
een opgeloste stof en een vloeistof van elkaar te scheiden.
B
een vaste stof en een vloeistof van elkaar te scheiden.
C
twee vaste stoffen van elkaar te scheiden.
D
twee vloeistoffen van elkaar te scheiden.
Slide 34 - Quiz
Waardoor werkt bezinken?
A
verschil in dichtheid
B
Verschil in korrel grootte
C
verschil in kookpunt
D
verschil in aanhechting
Slide 35 - Quiz
Wat is bij koffie zetten het filtraat en wat is het residu?
A
Residu: 'koffieprut'
Filtraat: koffie
B
Residu: koffie
Filtraat: 'koffieprut'
C
Residu: koffiepoeder
Filtraat: koffie
D
Residu: 'koffieprut'
Filtraat: koffiepoeder
Slide 36 - Quiz
Wat is geen voorbeeld van extraheren
A
Thee zetten
B
Koffie maken
C
Suiker verkrijgen uit bieten
D
Het tegenhouden van gif in een gasmasker
Slide 37 - Quiz
Met welke 2 scheidingsmethoden kun je een suspensie scheiden?
Slide 38 - Open question
Wat gebeurt er bij extraheren?
A
De vaste stof lost op in de vloeistof
B
De kleur- geur- en smaakstoffen lossen op in de vloeistof
C
De vaste stof lost of. De kleur- geur- en smaakstoffen blijven achter
Slide 39 - Quiz
Wat is extraheren?
A
Het scheiden van een vaste stof en een vloeistof d.m.v. een filter.
B
Een scheidingsmethode waarbij het gehele mengsel oplost en er niets achterblijft.
C
Een scheidingsmethode waarbij een deel van het mengsel oplost en een deel achterblijft.