3.5 De huid

Wat weet je nog van de nier?
1. Schrijf voor jezelf op hoe een nefron werkt en noem zoveel mogelijk begrippen.
(2 minuten)

2. Deel met je buurman/buurvrouw
(2 minuten)
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat weet je nog van de nier?
1. Schrijf voor jezelf op hoe een nefron werkt en noem zoveel mogelijk begrippen.
(2 minuten)

2. Deel met je buurman/buurvrouw
(2 minuten)

Slide 1 - Slide

Vorming urine

In een niereenheid (nefron) wordt urine gevormd.


De ultrafiltratie in lichaampjes van Malpighi --> vorming van voorurine


Terugresorptie heropname bruikbare stoffen in het bloed: lis van Henle, verzamelbuis, tubulus




Slide 2 - Slide

Lus van Henle
Met name in lus van Henle vindt terugresorptie plaats.

In dalende deel vooral water (osmo waarde stijgt).
In stijgende deel vooral zouten (osmo waarde daalt)

Slide 3 - Slide

Terugresorptie
1e gekronkelde nierbuisje
  • actief transport van positieve ionen, glucose & aminozuren
  • passief transport van negatieve ionen
  • water gaat mee / volgt

Lis van Henle
  • tegenstroomprincipe



Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Thema 3 Gaswisseling & Uitscheiding
3.5 De huid
p153
  • Spullen op tafel
  • Telefoon weg 
  • Jas uit en over je stoel
  • Tas op de grond

Slide 6 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de bouw en functie van de huid beschrijven.
  • Je kunt uitleggen hoe het interne milieu (lichaamstemperatuur) min of meer constant wordt gehouden door de huid (homeostase).

Slide 7 - Slide

Je huid heeft drie functies:
1. Je lichaam op temperatuur houden
2. Bescherming tegen vuil en ziekteverwekkers
3. Bescherming tegen de zon

Slide 8 - Slide

De huid bestaat uit drie lagen:
Opperhuid
  • Hoornlaag - dode epitheelcellen: beschermt tegen beschadiging, uitdroging en infecties
  • Kiemlaag - vult door celdeling van binnenuit aan + pigmentcellen

Lederhuid: spieren, talgklieren, zweetklieren, bloedvaten, zintuigen en haarzakjes met haren

Onderhuids bindweefsel: bloedvaatjes, zenuwen en opslag van vet


Binas tabel 87A

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Zweetklieren maken zweet. Wat is de functie van zweet?
A
nat houden van de huid
B
soepel houden van de huid
C
afkoeling van de huid
D
zweten

Slide 11 - Quiz

De epidermis speelt een hele belangrijke rol in de bescherming van het organisme.
Waar tegen beschermt de epidermis?
LET OP: meerdere antwoorden zijn hier goed.
A
uitdroging: het houdt het weefselvloeistof binnen
B
ziekteverwekkers: de hoornlaag en huidcellen die dicht tegen elkaar aanliggen houden ze buiten
C
UV-straling: de pigmentcellen absorberen de straling en voorkomen daarmee DNA schade in huidcellen

Slide 12 - Quiz

Drie onderdelen zijn benoemd met een cijfer.

Waar zijn deze onderdelen juist benoemd?
A
1 = haarspiertje 2 = talgklier 3 = bloedvaatjes
B
1 = haarspiertje 2 = zweetkliertjes 3 = bloedvaatjes
C
1 = talgkliertje 2 = haarspiertje 3 = zenuwuiteinden

Slide 13 - Quiz

Bekijk de afbeelding hiernaast.
Mensen die derdegraads brandwonden hebben geven vaak aan weinig tot geen pijn hiervan te ondervinden.
Leg dit uit met behulp van een gegeven uit de afbeelding

Slide 14 - Open question

In welke huidlaag wordt een tatoeage geplaatst? Leg je antwoord uit.

Slide 15 - Open question

Thermoregulatie in de huid: oorzaak en gevolg.
Sleep de gebeurtenis naar het bijbehorende effect. 
Er komt minder bloed onder het oppervlak van de huid. Daardoor vindt er minder warmteverlies plaats.
Haartjes gaan recht overeind staan. Hierdoor wordt de stroom van (koude lucht bemoeilijkt. Het lichaam koelt minder af
Verdamping van vloeistof op de huid onttrekt warmte aan het lichaam. Dit geeft een koelend effect.
De huid wordt rood en straalt veel warmte af
zweetafgifte
vernauwen van slagadertjes in lederhuid
verwijden van slagadertjes in lederhuid
samentrekken van haarspiertjes

Slide 16 - Drag question

40% van de COVID-19 patiënten ontwikkelt in enig stadium koorts. Koorts is een reactie van het lichaam op de aanwezigheid van een ziektekiem waarbij de thermostaat van het lichaam, die normaal 37 graden is, wordt opgehoogd naar 38-40 graden. Het immuunsysteem functioneert effectiever bij deze temperatuur maar je gaat je er wel ziek van voelen.
- Leg uit dat patiënten met beginnende koorts het vaak koud hebben en gaan rillen
- Leg uit dat patiënten die bijna zijn opgeknapt het juist warm hebben

Slide 17 - Open question