Les 5 - 2.5 synoniem

2.5: woorden
Synoniemen
30 nieuwe woorden
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

2.5: woorden
Synoniemen
30 nieuwe woorden

Slide 1 - Slide

Weektaak
2.5 Woorden
Opdracht 2 t/m 14

Slide 2 - Slide

wat is een synoniem?
A
Een ander woord met een andere betekenis
B
Een ander woord met dezelfde betekenis
C
Hetzelfde woord met een andere betekenis
D
Hetzelfde woord in een andere taal

Slide 3 - Quiz

Geef een voorbeeld van een synoniem

Slide 4 - Open question

Wat is een synoniem voor wc?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Wat is een synoniem voor stelen?

Slide 8 - Open question

Zelfstandig werken
Loop je op schema met de weektaak? Dan heb je opdracht 14 af.

Eerste 4 minuten in stilte.
Heb je een vraag? Sla de opdracht dan even over.
timer
4:00

Slide 9 - Slide

Weektaak


Loop je op schema met de weektaak? Dan heb je opdracht 14 af.
Klaar? --> Ga nog niet verder, oefen met de woordtrainer op Talent Online.

Op fluisterniveau werken.
Heb je een vraag? Steek je hand op of vraag het zacht aan je buur.
timer
4:00

Slide 10 - Slide