8.3 Ongelijkheid in Brazilië

Brazilië
Ongelijkheid in Brazilië
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Brazilië
Ongelijkheid in Brazilië

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van de les...
Weet je dat er grote verschillen in welvaart zijn in Brazilië
Kan je de regionale ongelijkheid in Brazilië beschrijven en verklaren
Kan je de sociale ongelijkheid beschrijven en verklaren

Slide 2 - Slide

Negatieve gevolgen globalisering
Fysisch: Er is meer vervuiling door opkomst van de industrie en het vervoer
Sociaal-cultureel: culturen gaan steeds meer op elkaar lijken
Economisch: er is steeds meer ongelijkheid tussen mensen en tussen regio's
Politiek: niet alle landen willen meedoen, dus sluiten zich af (Noord-Korea)

Slide 3 - Slide

Brazilië ongelijkheid
inkomensongelijkheid > niet iedereen 
           profiteert van de economische groei
- Veel mensen urbaniseren.
                        - verhuizen naar de stad

Slide 4 - Slide

Lorenzcurve
Laat zien hoe groot inkomensongelijkheid in een land is

Slide 5 - Slide

Ongelijkheid Brazilië
Met de Gini coefficient wordt de ongelijkheid in een land aangegeven. Het getal ligt tussen de 0 en 1. Hoe dichter de Gini Coefficient van een land bij het getal 0 ligt, hoe beter het is. Hoe dichter bij de 1, hoe meer armoede er is in een land.

Slide 6 - Slide

Regionale Ongelijkheid

Slide 7 - Slide

Regionale Ongelijkheid
  • Verschillen in welvaart en welzijn tussen gebieden.
  • Zowel in een land als in een stad.

  • Hoop: Arme mensen trekken richting rijkere gebieden.
  • Ook in rijke landen > Londen salaris 40% hoger dan omgeving.




Slide 8 - Slide

Regionale ongelijkheid
Rijk: kustgebieden -> handel (globalisering)
dienstensector & industrie
Grote steden

Arm: platteland
landbouwsector

Slide 9 - Slide

Regionale ongelijkheid NL
Regionale ongelijkheid Brazilië

Slide 10 - Slide

Sociale ongelijkheid
> BNP zegt iets over gemiddelde van alle inwoners in een land.

> Maar heeft iedereen evenveel?

Slide 11 - Slide

Sociale Ongelijkheid
> Nee, sommigen hebben erg veel, anderen bijna niets.

Slide 12 - Slide

Sociale Ongelijkheid
> Sociale ongelijkheid is dus, 

Ongelijkheid in leefomstandigheden 
(welvaart, gezondheid, woonomstandigheden), binnen een groep mensen.



Schoon drinkwater, gezondheidiszorg, onderwijs, woning, etc.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Gated community
Favela

Slide 15 - Slide

Sociale ongelijkheid gaat over verschillen in ...
A
inkomen
B
opleidingsniveau
C
levensomstandigheden
D
werkgelegenheid

Slide 16 - Quiz


Wat is regionale ongelijkheid?
A
Iedereen verdient evenveel
B
Verschillen in neerslag over een bepaald gebied
C
Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied
D
Ik weet het antwoord niet

Slide 17 - Quiz

Sociale ongelijkheid is
A
Groot verschil in arm en rijk tussen mensen
B
Verschillen in afkomst
C
Verschillende bevolkingsgroepen leven door elkaar
D
Verschillende bevolkingsgroepen leven gescheiden

Slide 18 - Quiz


Wat is regionale ongelijkheid?
A
Iedereen verdient evenveel
B
Verschil in welvaart tussen mensen.
C
Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied
D
Ik weet het antwoord niet

Slide 19 - Quiz

Wat is geen gevolg van globalisering?
A
De wereldhandel groeit.
B
Het is aantrekkelijk om in lagelonenlanden te produceren.
C
Je bent snel op de hoogte van wereldnieuws.
D
Westerse ideeën worden over de wereld verspreid.

Slide 20 - Quiz

De sociale ongelijkheid in Brazilië is:
A
normaal
B
klein
C
groot
D
goed te hebben

Slide 21 - Quiz

Globalisering
A
Het doorgaande proces van internationale uitwisseling van mensen, goederen, geld ect.
B
Het geld dat alle inwoners van een land in een jaar samen verdienen.
C
Het maken van goederen met behulp van machines in een fabriek
D
Alle bedrijven die zich bezighouden met het verlenen van diensten.

Slide 22 - Quiz

Wat is een kenmerk van een BRIC-land
A
Snel groeiende economie
B
Steeds groter worden primaire sector (= landbouwsector)
C
BRIC-landen zijn landen die nu het rijkst zijn.
D
Binnen een BRIC-land is er geen regionale ongelijkheid.

Slide 23 - Quiz