Nederlands havo 3 - Grammatica (ZD & WS) - samentrekking

Nederlands klas 3
Grammatica (ZD & WS) hoofdstuk 2
Voorbereiding: 
Bekijk de video en ontleed de zinnen uit de video in de lesson-up. 
Les
Voorbereiding
In de les: 
1. 
Bekijken video + vragen maken
- Binnen = Beginnen 
- Bespreken huiswerk
- Instructie
- Zelfstandig werken
- Afsluiting
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands klas 3
Grammatica (ZD & WS) hoofdstuk 2
Voorbereiding: 
Bekijk de video en ontleed de zinnen uit de video in de lesson-up. 
Les
Voorbereiding
In de les: 
1. 
Bekijken video + vragen maken
- Binnen = Beginnen 
- Bespreken huiswerk
- Instructie
- Zelfstandig werken
- Afsluiting

Slide 1 - Slide

Nederlands klas 3
Grammatica zinsdelen: hoofdstuk 2
Les
Voorbereiding
In de les: 
1. 
Bekijken video + vragen maken
- Binnen = Beginnen
- Bespreken huiswerk
- instructie
-Zelfstandig werken
- Afsluiting
Leerdoel: 
samentrekking 

Slide 2 - Slide

Binnen = Beginnen
1. Jassen uit en in de kluis.
2. Telefoon in de telefoontas.
3. Ga rustig zitten (volgens plattegrond)
4. boeken en schrift op tafel, pen in de aanslag
5. Aan de slag: 

Maken Startopdracht (blz. 60) of lezen in je leesboek. 

Slide 3 - Slide

Startopdracht (blz. 60)

a. Damesschoenen en herenschoenen
b Kleine landen en grote landen
c Hidde mailde het bestuur en Luuk belde het bestuur. 
d Feestmutsen en feestneuzen
e Beroemde acteurs en beroemde actrices
f Kasia reed door rood licht en Kasia kwam daardoor bijna onder de tram. 



Slide 4 - Slide

Startopdracht (blz. 60): 
woord(groeps)niveau of zinsniveau/voorwaarts of achterwaarts? 
a. damesschoenen en herenschoenen
b kleine landen en grote landen
c Hidde mailde het bestuur en Luuk belde het bestuur. 
d feestmutsen en feestneuzen
e beroemde acteurs en beroemde actrices
f Kasia reed door rood licht en Kasia kwam daardoor bijna onder de tram. 



Slide 5 - Slide

Samentrekking
Een samentrekking komt voor bij nevenschikkende zinnen, dus bij twee hoofdzinnen (of meer). Je kunt dan woorden weglaten die al eerder zijn genoemd. Dat noem je een samentrekking.

Bijv: 'Wij hebben vandaag een toets Nederlands en morgen wiskunde.'
(Samentrekking van: Wij hebben vandaag een toets Nederlands en morgen hebben we een toets wiskunde.)

Slide 6 - Slide

Niveaus van samentrekking - woordniveau
Woordniveau: een woorddeel wordt weggelaten en op de plek van het weggelaten woorddeel wordt een weglatingsstreepje genoteerd: 
>> voorwaarts: bakkersbollen en -speculaas 
Het gemeenschappelijke deel wordt vooraan benoemd en achterin weggelaten.
>> achterwaarts: voor- en achteruitgang 
Het gemeenschappelijke deel wordt achterin de samentrekking benoemd en voorin weggelaten.

Slide 7 - Slide

Niveaus van samentrekking - woordgroepniveau
Woordgroepniveau: binnen een woordgroep worden één of meer woorden weggelaten:

>> voorwaarts: gescheiden mannen en vrouwen
(het VOORSTE woord wordt benoemd)
>> achterwaarts: grote en middelgrote steden
(het ACHTERSTE woord wordt benoemd)

Slide 8 - Slide

Niveaus van samentrekking - zinsniveau
Zinsniveau: één of meer zinsdelen (ow, wg, lv, mv, bwb etc.) die twee keer voorkomen, worden weggelaten.

>> (voorwaarts) Mees gaat op de fiets en Joia [...] op de scooter.
>> (achterwaarts) Wij werken [...] en onze kinderen studeren elke dag van de week.

Slide 9 - Slide

Zelfstandig: 

1. Maken Opdrachten 1 t/m 3 (blz. 60-61)
2. Nakijken (ELO of nakijkboek)
3. Lezen in je leesboek

Huiswerk volgende les: 

1. Maken Opdrachten 1 t/m 3 (blz. 60-61) 
2. Lezen theorie blz 62. 

Slide 10 - Slide

Binnen = Beginnen
1. Jassen uit en in de kluis.
2. Telefoon in de telefoontas.
3. Ga rustig zitten (volgens plattegrond)
4. boeken en schrift op tafel, pen in de aanslag
5. Aan de slag: 

Maken Startopdracht (blz. 62) of lezen in je leesboek. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Startopdracht (blz. 62)

a. Weet jij het nog? 
b. Al enige tijd heb ik last van het een of ander. 
c. Niets lukt. 


Slide 13 - Slide

Onbepaald voornaamwoord

Slide 14 - Slide

Onbepaald voornaamwoord

Slide 15 - Slide

Startopdracht (blz. 60): 
woord(groeps)niveau of zinsniveau/voorwaarts of achterwaarts? 
a. damesschoenen en herenschoenen
b kleine landen en grote landen
c Hidde mailde het bestuur en Luuk belde het bestuur. 
d feestmutsen en feestneuzen
e beroemde acteurs en beroemde actrices
f Kasia reed door rood licht en Kasia kwam daardoor bijna onder de tram. 



Slide 16 - Slide

Zelfstandig: 

1. Maken Opdrachten 1 t/m 3 (blz. 62-63)
2. Nakijken (ELO of nakijkboek)
3. Lezen in je leesboek

Huiswerk volgende les: 

1. Maken Opdrachten 1 t/m 3 (blz. 62-63) 
2. Lezen theorie blz 64 & 92. 

Slide 17 - Slide