Tijdens het practicum focus je op de METINGEN.
Je hoeft nog geen berekeningen uit te voeren.Besteed al je tijd dus eerst aan het krijgen van goede en betrouwbare metingen!
Bij het massa-veer systeem meet je bij verschillende massablokjes de lengte van de veer, of direct de uitrekking (als je je liniaal slim plaatst). Met deze metingen kan je (later!) de (gemiddelde) veerconstante van je veer berekenen.
Verder bepaal je bij verschillende massablokjes de trillingstijd (T) van het systeem. Hiertoe laat je het blokje / de blokjes eerst rustig trillen, en meet je een geheel aantal trillingen (bijv 5, 10 of 20). Begin je meting wanneer het reeds trillende blokje in de laagste of hoogste stand zit (waarom?), en eindig je meting (na 5 of 10 of 20 trillingen) in dezelfde stand. Herhaal bij elke massa minimaal 2x om zeker te zijn dat je metingen betrouwbaar zijn.