7.1 Levensloop

7.1
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

7.1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Je kunt toelichten dat mensen tijdens hun leven verschillende financiële beslissingen nemen.
Je kunt met voorbeelden uitleggen wat ruilen over de tijd is.
Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een stroomgrootheid en een voorraadgrootheid.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Verschilt jou uitgavenpatroon nu ten opzichten van 5 jaar geleden?
Ja
Nee

Slide 3 - Poll

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Sparen is:
A
Het uitstellen van consumptie
B
Het na je toe halen van consumptie

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Sparen is:
A
Het uitstellen van consumptie
B
Het na je toe halen van consumptie

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions


Spaar je ook?
A
Nee, ik geef iedere maand (bijna) alles uit.
B
Ik spaar een deel, de rest geef ik uit.
C
Ik spaar bijna alles. Ik koop eigenlijk heel weinig.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het nadeel van lenen?
A
je moet rente betalen
B
je moet alles terug betalen
C
je hebt een schuld
D
je moet accijns betalen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

lenen of sparen?
A
lenen zorgt voor rente in de toekomst
B
sparen schuift schuift consumptie naar achteren
C
sparen haalt consumptie naar voren
D
lenen gaat ten koste van consumptie in de toekomst

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

In de volgende zin wordt zakgeld een keer als voorraad- en een keer als stroomgrootheid gebruikt. Geef dit aan.
'Ik krijg €12,- zakgeld per week. De hoeveelheid zakgeld in mijn spaarpot bedraagt €78,94.'

Slide 13 - Open question

€12,- per week: per periode, dus stroomgrootheid. 
€78,94 in spaarpot: momentopname, dus voorraadgrootheid.
Aan het werk! Paragraaf 7.1

Slide 14 - Slide

This item has no instructions