What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Nederlands vmbo b klas 2 h3 voltooid dw
Voltooid deelwoord
Oefening over voltooid deelwoorden
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Voltooid deelwoord
Oefening over voltooid deelwoorden
Slide 1 - Slide
Voltooid deelwoord
Wat is een voltooid deelwoord?
In een zin met een voltooid deelwoord staat
altijd
een vorm van de werkwoorden:
hebben
zijn
worden
Slide 2 - Slide
voltooid deelwoord
gegraven
gespeeld
bedorven
getekend
verdrongen
verloren
gefietst
Slide 3 - Slide
Voltooid deelwoord
Pakken
Leggen
Doden
Hopen
Kussen
Slide 4 - Slide
Het voltooid deelwoord van "lopen" is dus:
A
verlopen
B
gelopen
C
geliept
Slide 5 - Quiz
het voltooid deelwoord van treuzelen
A
getreuzelt
B
getreuzen
C
getreust
D
getreuzeld
Slide 6 - Quiz
(verhuizen)
Wat is het voltooid deelwoord?
A
verhuist
B
verhuisd
Slide 7 - Quiz
voltooid deelwoord
proeven
A
geproefd
B
geproeft
C
geproeven
Slide 8 - Quiz
Wat is geen voltooid deelwoord?
A
geslapen
B
geweest
C
blijven
D
gegeten
Slide 9 - Quiz
Wat is het voltooid deelwoord van: knutselen
A
geknutselt
B
geknutseld
Slide 10 - Quiz
voltooid deelwoord van:
Bijten
A
bebeten
B
gebaten
C
geboden
D
gebeten
Slide 11 - Quiz
Wat is het voltooid deelwoord?
A
Heeft
B
juffrouw De Jong
C
de cadeaubon
D
gedaan
Slide 12 - Quiz
Wat is een voltooid deelwoord?
A
heel werkwoord
B
persoonsvorm
C
ge-be-her-ver-ont woorden
D
werkwoordelijk gezegde
Slide 13 - Quiz
iemand nog een vraagje?
maak de vragen tot en met opdracht 8
Slide 14 - Slide
Hoofdletters
Slide 15 - Slide
Hoofdletter - feestdagen
Namen van f
eestdagen, (religieuze) feesten en gedenkdagen
krijgen namelijk een hoofdletter.
Kerstmis
Hemelvaartsdag
Vaderdag
Suikerfeest
Slide 16 - Slide
HOOFDLETTERS
Je begint iedere zin met een hoofdletter.
Namen schrijf je ook met een hoofdletter.
Namen van maanden, dagen van de week, windstreken en seizoenen schrijf je niet met een hoofdletter.
Slide 17 - Slide
Waar moet de
hoofdletter
staan?
A
‘S nachts slaap ik.
B
‘s Nachts slaap ik.
C
‘S Nachts slaap ik.
D
‘s nachts Slaap ik.
Slide 18 - Quiz
Wanneer gebruik je hoofdletters?
A
Vooraan een zin.
B
Bij voornamen en achternamen.
C
Bij plaatsnamen en straatnamen.
D
Antwoord A, B en C zijn goed.
Slide 19 - Quiz
Welke woorden schrijf je met een hoofdletter?
A
in het oosten van Afrika
B
in het Oosten van Afrika
C
in het Oosten van afrika
D
geen enkel woord
Slide 20 - Quiz
Waar zijn de hoofdletters goed gebruikt?
A
Op Maandag 3 Maart ben ik vrij!
B
Op maandag 3 Maart ben ik vrij!
C
Op maandag 3 maart ben ik vrij!
D
op maandag 3 maart ben ik Vrij!
Slide 21 - Quiz
Welke woorden beginnen met een hoofdletter?
A
Sydney en November
B
November en Suikerfeest
C
Sydney en Suikerfeest
D
November, Sydney en Suikerfeest
Slide 22 - Quiz
Welk woord krijgt geen hoofdletter midden in een zin?
A
de lente
B
fransman
C
sinterklaas
D
valentijnsdag
Slide 23 - Quiz
More lessons like this
2 vwo-Spelling - 9 september
April 2024
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
leei: Spelling: oefentoets Hoofdletters
September 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Nederlands vmbo b klas 2 h3 voltooid dw
August 2023
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
3.8
March 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
3.8
February 2024
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Les 20 - Spelling H4: Hoofdletters
February 2024
- Lesson with
19 slides
Nederland
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
3.5 spelling klas 3
September 2022
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
K2 Ne week 43
October 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2