Sleep de getallen en eenheden naar de juiste plaats.
Let op: je gebruikt niet alles.
32
26
kwartier
uur
2,5
dagen
minuten
5
6
1 / 14
next
Slide 1: Drag question
RekenenMBOStudiejaar 1
This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
90 minuten =
getal
eenheid
300 minuten =
4 weken + 4 dagen =
Sleep de getallen en eenheden naar de juiste plaats.
Let op: je gebruikt niet alles.
32
26
kwartier
uur
2,5
dagen
minuten
5
6
Slide 1 - Drag question
Rekendomein
Grootheden en eenheden
eenheden van tijd en afstand
Slide 2 - Slide
GROOTHEID
TIJD
BESTAAT UIT DE EENHEDEN:
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
45 minuten =......uur
A
0,25
B
0,5
C
0,75
D
1
Slide 5 - Quiz
0,5 uur=......minuten
A
15
B
30
C
45
D
60
Slide 6 - Quiz
Uit hoeveel uren en minuten bestaat 3,6 uur?
A
3 uur en 24 minuten
B
3 uur en 30 minuten
C
3 uur en 36 minuten
D
3 uur en 40 minuten
Slide 7 - Quiz
Hoeveel minuten zitten er in 5 kwartier
A
45
B
60
C
75
D
85
Slide 8 - Quiz
Hoeveel maanden zitten er in 1 kwartaal
A
3
B
6
C
9
D
12
Slide 9 - Quiz
Hoeveel dagen zitten er in de maand juli?
A
28
B
29
C
30
D
31
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Video
Nu mag je zelf de snelheid in km/u uitrekenen. - Afstand van Rotterdam naar Den Haag is 30 km - Ik rijd 100 km/u Hoeveel minuten doe ik over deze afstand? Reken uit m.b.v. verhoudingstabel