wat heb ik nu gedaan?nog verder uitwerken
iedereen een bal, doe mij na:
dribbelen op de plaats. bal vast. Dribbel alleen rechter hand, een been voor, andere been voor, GEEN verbalen aanwijzingen. Alleen plaatje. andere hand. Dribbel laag, dribbel hoog. Tussendoor stoppen, wat gebeurt er. Wie luisteren er snel, compliment geven.
Even nadenken, met welke manier van stuiten en vangen zou jij beginnen (als we deze materialen hebben?) Tijd kan iets makkelijker maken of moeilijker. Hooghouden met je voeten. Kijken wie de koppeling maakt naar hooghouden met een stuit tussendoor. Nieuw stopsignaal. zijn alle ballen stil, wie rommelt er nog aan de bal, stoute bal. hoe kun je dit voorkomen?
dribbelen achter elkaar aan wie bepaalt het tempo. Verwachting uitspreken, als ik signaal geef dan zitten met de bal in het huisje. jij vertelt wat, loopt naar iemand toe die niet echt oplet, wat gebeurt er dan, als je in de persenal space komt. Blijft die dan kletsen, of rommelen aan de bal. Non verbaal heeft veel invloed. gebruik dat soms als tool voor je pedagogisch klimaat.
tussen de oefeningen door, complimentjes geven, voorbeelden. in the picture staan, iemand slechte voorbeeld laten doen? wat voel je?
Dribbelen maar nu sneller, hoe ga je botsingen voorkomen? nadenken over welke afspraken we hier over kunnen maken. Signaal geven, zitten, wat is er bedacht, split vision uitleggen. Spel ballen bij elkaar wegslaan, wat doe je als de bal weggetikt is?
Alles wat je met de handen kunt doen, kun je ook doen met je voeten, spel nog een keer spelen.
voorbeeld van leiding nemen, non verbaal contact, personal space, kracht van een plaatje, complimenten en negatief, voorbeeld geven, groepsdruk, stoute bal, positie in de zaal, verwachtingen uitspreken etc etc