This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
De Wonderlijke Wereld van het Hart
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de belangrijkste onderdelen van het hart benoemen en begrijp je hoe het hart functioneert.
Slide 2 - Slide
Vertel de leerlingen dat het doel van de les is om meer te leren over de anatomie van het hart en hoe het hart werkt.
Wat weet je al over de anatomie van het hart?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Het Hart
Het hart is een spierorgaan dat bloed pompt.
Slide 4 - Slide
Geef een korte introductie over het belang van het hart en hoe het een cruciale rol speelt in het lichaam.
Hartkamers
Het hart heeft vier kamers: twee boezems en twee kamers.
Slide 5 - Slide
Toon een afbeelding van het hart met de vier kamers en vraag de leerlingen om de namen van elke kamer te noemen.
Hartkleppen
Het hart heeft vier kleppen: de mitralisklep, tricuspidalisklep, aortaklep en pulmonalisklep.
Slide 6 - Slide
Leg uit dat de hartkleppen ervoor zorgen dat het bloed in de juiste richting stroomt en laat afbeeldingen zien van de kleppen.
Slagaders en aders
Slagaders voeren zuurstofrijk bloed weg van het hart, terwijl aders zuurstofarm bloed naar het hart terugbrengen.
Slide 7 - Slide
Beschrijf het verschil tussen slagaders en aders en laat de leerlingen de belangrijkste slagaders en aders in het lichaam benoemen.
Bloedsomloop
Het hart pompt bloed door het lichaam via de bloedsomloop.
Slide 8 - Slide
Leg uit hoe de bloedsomloop werkt en hoe het hart het bloed door het lichaam stuwt.
Hartslag
De hartslag is het ritmische pompen van het hart.
Slide 9 - Slide
Demonstreer de hartslag door je pols te voelen en leg uit dat de hartslag kan veranderen afhankelijk van de activiteit en emoties.
Hartziekten
Hartziekten zijn aandoeningen die het normale functioneren van het hart beïnvloeden.
Slide 10 - Slide
Bespreek enkele veelvoorkomende hartziekten en benadruk het belang van een gezonde levensstijl om het hart gezond te houden.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.