What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
clase 3 presentaties en gustar
¡Qué aproveche!
Hoy es lunes
12 de marzo de 2025
1 / 15
next
Slide 1:
Slide
This lesson contains
15 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
¡Qué aproveche!
Hoy es lunes
12 de marzo de 2025
Slide 1 - Slide
Doelen
Je gaat een korte presentatie houden voor de klas
Vandaag leer je over andere regionale gerechten en leer je hoe je kan zeggen dat je iets leuk vindt!
Slide 2 - Slide
PRESENTAMOS
Slide 3 - Slide
Gustar = "het bevalt me"
Slide 4 - Slide
Gustar = "het bevalt me"
1 Heeft een meewerkend voorwerp (me, te, le, nos, os, les)
Slide 5 - Slide
Gustar = "het bevalt me"
1 Heeft een meewerkend voorwerp (me, te, le, nos, os, les)
2 Heb je keuze uit 2 vervoegingen :
GUSTA (bij ev, bij ww) GUSTAN ( bij mv, bij meer dan 1)
Slide 6 - Slide
Gustar = "het bevalt me"
1 Heeft een meewerkend voorwerp (me, te, le, nos, os, les)
2 Heb je keuze uit 2 vervoegingen :
GUSTA (bij enkelvoud, bij werkwoord)
GUSTAN ( bij meervoud, bij meerdere zaken)
3 Komt de ontkenning (NO) voor het werkwoord.
Slide 7 - Slide
Wat betekent GUSTAR?
A
lezen
B
lekker vinden
C
houden van
D
eten
Slide 8 - Quiz
A José y Carlos (gustar) las series de Netflix.
A
le gusta
B
les gustan
C
se gusta
D
os gustan
Slide 9 - Quiz
Vervoeg het werkwoord GUSTAR:
A mi hermano ___ ________ los perros
A
le gusta
B
le gustan
C
se gusta
D
se gustan
Slide 10 - Quiz
Vul de juiste vorm in van 'gustar':
(A María).............los deportes.
A
te gustas
B
le gusta
C
le gustan
D
te gusto
Slide 11 - Quiz
GUSTAR
.......(yo)......... los libros de Gabriel García Márquez.
A
Mi gustan
B
Me gustan
C
Mi gusta
D
Me gusta
Slide 12 - Quiz
Vul de juiste vorm van GUSTAR in:
Me ______________ ir de camping.
A
gusta
B
gustan
Slide 13 - Quiz
Vul in:
A nosotros ...........................(gustar) la fruta.
A
nos gustamos
B
nos gusta
C
nos gustan
D
nos gustas
Slide 14 - Quiz
Wat bepaalt de uitgang van gustar?
(2 correcte antwoorden)
A
me, te, le, nos, os of les staat ervóór
B
het is mannelijk of vrouwelijk
C
over welk zelfstandig naamwoord het gaat
D
of het over een werkwoord gaat
Slide 15 - Quiz
More lessons like this
clase 11
May 2024
- Lesson with
16 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
clase 11
February 2025
- Lesson with
16 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
GUSTAR
May 2024
- Lesson with
16 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Gustar
January 2025
- Lesson with
25 slides
Spaans
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
Gustar
November 2024
- Lesson with
25 slides
Spaans
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
GUSTAR
January 2025
- Lesson with
23 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 14 - periode 1
October 2023
- Lesson with
33 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
week 03 les 1 repaso ser y estar/gustar
January 2019
- Lesson with
21 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2