Om aan te geven wie het leuk vindt (letterlijk, aan wie het bevalt) gebruik je het
meewerkend voorwerp. me (ik)
te (jij)
le (hij /zij /u of mijn broer / zijn vriend)
nos (wij of ik en iemand anders)
os (jullie of jij en iemand anders)
les (zij / u of 2 personen of meer de vrienden enz.)