Beschrijf jezelf: Soy... (figura) Tengo el pelo ... y ... Tengo los ojos ...
Slide 16 - Open question
Vertel in minimaal 3 zinnen wat voor kleding je hebt in je kast met behulp van: - de woordenlijst in het werkboek (bdz. 121) - de presentaties in de studiewijzer - Google translate - Gebruik het werkwoord "Tener" (hebben).
Slide 17 - Open question
¿Cómo es tu amiga/amigo? Mi amigo/amiga se llama ... Es... Tiene el pelo ... y ... Tiene los ojos ...
Slide 18 - Open question
¡A practicar!
...otra vez
...los verbos en el presente
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Ik kan bijvoeglijke naamwoorden gebruiken met kleding woordenschat