Uitleg Artikels (lidwoorden) - les 2

Het artikel
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Het artikel

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

DOEL VAN DE LES
Je leert over de regels die horen bij 
de artikels de / het / een. 

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog? 

Slide 4 - Slide

Noem zoveel mogelijk regels
bij het artikel de.
timer
2:00

Slide 5 - Open question

Noem zoveel mogelijk regels
bij het artikel het.
timer
2:00

Slide 6 - Open question

Wat gaan we doen?

  • De / Het / Een - regels herhalen
  • Uitleg: nog meer regels én uitzonderingen
  • Oefenen, oefenen, oefenen.
  • Afsluiten en vooruitblikken naar volgende week. 

Slide 7 - Slide

uitleg
de / het / een

Slide 8 - Slide

Artikels
Een artikel staat altijd voor een substantief.
dieren, dingen, mensen

DE & HET
Het is duidelijk wie of wat je bedoelt. (specifiek)

EEN
Het is niet duidelijk wie of wat je bedoelt. (niet specifiek)

Slide 9 - Slide

DE
Alle substantieven die in het meervoud staan
  • ......
Woorden voor vruchten en bomen, bloemen en groente
  • .....
Namen van bergen en rivieren
  • .....
Namen van cijfers en letters
  • .....

Slide 10 - Slide

DE
Dranken en vloeistoffen (substantief)
  • de koffie / de cola / de benzine/ het water / het bier
Mensen en beroepen
  • de man / de docent / de bakker / het meisje / het kind
Kleding
  • de broek / de schoen / de trui / het T-shirt / het hemd
Vervoer
  • de fiets / de trein / de boot / het vliegtuig

Slide 11 - Slide

DE
Lange woorden eindigend op -ing / -ie / -heid / -er / -el / -e
  • de rekening 
  • de gezondheid
  • de politie
  • de kamer
  • de winkel
  • de seconde

Slide 12 - Slide

Het
Alle verkleinwoorden
  • ....
Namen van talen
  • .....
Namen van landen en plaatsen
  • .....
Namen van materialen
  • .....

      het noordoosten | het westen | het zuiden
woorden die eindigen op –isme het communisme | het boeddhisme het

Slide 13 - Slide

Het
Namen van windrichtingen
  • ....

Gebouwen
  • het station / het kantoor / Winkels:  de supermarkt, de Lidl - de school
Woorden die eindigen op -isme / -um / ment
  • het boeddhisme / het centrum / het appartement

Slide 14 - Slide

Het
Woorden met 2 lettergrepen die beginnen met ge- / ver- / ont- / be-
  • het gesprek 
  • het verhaal
  • het ontbijt
  • het beroep 

Slide 15 - Slide

weetwoorden
- Bij heeeeeeeel veel andere woorden moet je de lidwoorden uit je hoofd leren. 


Slide 16 - Slide

Nu jullie..

Slide 17 - Slide

Wat is het juiste artikel? 
... banaan
en waarom??

Slide 18 - Slide

Wat is het juiste artikel? 
... noorden
en waarom??

Slide 19 - Slide

Wat is het juiste artikel? 
... kantoor
en waarom??

Slide 20 - Slide

Wat is het juiste artikel? 
... geloof
en waarom??

Slide 21 - Slide

... glas

en waarom??
A
de
B
het

Slide 22 - Quiz

... folders
A
de
B
het

Slide 23 - Quiz

... beleg
A
de
B
het

Slide 24 - Quiz

... museum
A
de
B
het

Slide 25 - Quiz

... verkering
A
de
B
het

Slide 26 - Quiz

... tuinman
A
de
B
het

Slide 27 - Quiz

... Mount Everest
A
de
B
het

Slide 28 - Quiz

... Spaans
A
de
B
het

Slide 29 - Quiz

... water
A
de
B
het

Slide 30 - Quiz

Zelf aan de slag

Slide 31 - Slide

Maak de oefeningen

Je werkt samen of alleen
Maak de opdrachten


Klaar?? 
- pak je leesboek
- pak je grammatica boek

Slide 32 - Slide

De antwoorden
Je kijkt de opdracht van je buurman of buurvrouw na.

Check ook de regels!

Slide 33 - Slide

Ik weet nu de regels bij de artikels
de / het / een.
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll

Schrijf een zin met daarin
de artikels de / het / een.
timer
2:00

Slide 35 - Open question

Volgende week

Wanneer gebruik ik geen artikel? 

Slide 36 - Slide