§ 6.1 weerstand formule

§6.1  Weerstand
doel 
Ik kan werken met de formule om de weerstand te berekenen. 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

§6.1  Weerstand
doel 
Ik kan werken met de formule om de weerstand te berekenen. 

Slide 1 - Slide

Filmpje
Spanning en stroomsterkte meten

Slide 2 - Slide

Voltmeter

Slide 3 - Slide

Ampèremeter

Slide 4 - Slide

Opdracht 1
Neem het schema over in je schrift en teken op de juiste plaats de voltmeter en de ampèremeter.

Slide 5 - Slide

Uitwerking opdracht 1

Slide 6 - Slide

Geleiders
Sommige materialen laten elektriciteit door. Zo'n materiaal noemen we een geleider.  

Alle metalen zijn goede geleiders. Veel gebruikte geleiders zijn koper, ijzer, tin en staal. 

De grijze vulling van je potlood is van grafiet gemaakt. Grafiet geleidt elektriciteit ook erg goed.

Geleiders laten elektriciteit goed door

Slide 7 - Slide

Isolatoren
Bijna alle andere materialen laten elektriciteit niet makkelijk door. 
Dit noemen we een isolator. 

In een isolator kan de stroom niet stromen. 

Voorbeelden van isolatoren zijn hout, plastic, rubber, glas, keramiek, steen en vooral lucht.
Isolatoren laten geen elektriciteit door

Slide 8 - Slide

Weerstand
Allerlei stoffen zoals in de afbeelding laten stroom maar een beetje door. 

Deze stoffen worden weerstanden genoemd.

Hoe gemakkelijk de stroom door de draad kan stromen wordt de  elektrische weerstand genoemd.
Weerstand is hoe makkelijk of hoe moeilijk de stroom door een materiaal heen beweegt.

Slide 9 - Slide

iPad opdracht 2
Geleiders en isolatoren

Slide 10 - Slide

Wet van Ohm
De weerstand hangt af van twee dingen
1. de spanning
2. De stroomsterkte

Dit verband wordt beschreven in de formule die we de wet van Ohm noemen. 
1
2

Slide 11 - Slide

iPad opdracht 4
Wet van Ohm

Slide 12 - Slide

Wet van Ohm

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

1. Gegeven

2. Gevraagd

3. Formule

4. Berekening

5. Antwoord + Eenheid
Opdracht 5

Slide 15 - Slide


Gegeven: U = 6 V en I = 1,5 A

Gevraagd: R

Formule: 

Berekening:

Antwoord: R = 4 Ohm 
Uitwerking
R=IU
R=1,56

Slide 16 - Slide

1. Gegeven

2. Gevraagd

3. Formule

4. Berekening

5. Antwoord + Eenheid
Opdracht 6

Slide 17 - Slide

Gegeven: 
U = 230 V
R = 2 kΩ = 2000 Ω
Gevraagd: I
Formule:

 
Berekening: 
Uitwerking 
R=IU
I=RU
I=2000230=0,115A

Slide 18 - Slide

a. Heb je alles van deze les begrepen?
b. Zijn er onderdelen van deze les die je nog niet zo
goed begrijpt of waar je meer uitleg voor nodig hebt?
c. Heb je nog tips of suggesties voor deze les?

Slide 19 - Open question