This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Zuivere stoffen en mengsels
Benodigdheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons in de telefoontas!
Slide 1 - Slide
Opzet van de les
20 minuten afmaken onderzoek -
10 minuten korte instructie via LessonUp
30 minuten werken aan opdracht - soorten mengsels
timer
20:00
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Ik weet het verschil tussen een zuivere stof en een mengsel
Ik ken de vijf verschillende soorten mengsels bij naam en weet voorbeelden hiervan te benoemen
Slide 3 - Slide
Vast
Vloeibaar
Gas
deeltjes trillen in hun rooster
deeltjes bewegen om elkaar heen. Maar blijven wel tot elkaar aangetrokken
deeltjes bewegen heel snel
Slide 4 - Drag question
verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren
Slide 5 - Drag question
Als een stof warm wordt dan ...... (zet uit/krimt)
Als een stof kouder wordt dan ....... (zet uit/ krimt)
Dit is te verklaren met het deeltjesmodel. Als een stof warmer wordt dan gaan de deeltjes .......
Dit is te verklaren met het deeltjesmodel. Als een stof kouder wordt dan gaan de deeltjes .......
Als het heel koud wordt, dan bewegen de deeltjes helemaal niet meer. Dit gebeurt bij een temperatuur van ......., dan staan de moleculen stil in hun ........
Deze temperatuur noemen we het ........
Rooster
sneller bewegen
langzamer bewegen
zet het uit
krimpt het
T = -273 °C
Absolute nulpunt
Slide 6 - Drag question
Leg uit: waarom krimpt (neemt af in volume) als de temperatuur kleiner wordt?
Slide 7 - Open question
Iets is een stof als je het kunt vervoeren in je handen, in een beker of in een ballon.
Uitleg of iets een stof is of niet.
Voorbeelden in geluidsfragment:
- Zand - Water - Aardgas - Licht
Slide 8 - Slide
scheidingsmethoden
Slide 9 - Slide
Belangrijkste theorie
Je spreekt dus over een mengsel wanneer er twee of meerdere molecuulsoorten aanwezig zijn.
Een hoeveelheid dezelfde moleculen heet een zuivere stof.
Slide 10 - Slide
Vijf soorten mengsels
Oplossing
Emulsie
Suspensie
Legering
Slide 11 - Slide
Opdracht
Internet-onderzoek
Slide 12 - Slide
Oplossing
Slide 13 - Slide
Emulsie
Slide 14 - Slide
Suspensie
Slide 15 - Slide
Legering
Slide 16 - Slide
Wat is de verzadigde, onverzadigde oplossing?
Slide 17 - Open question
Leg uit waarom een verzadigde oplossing niet helder is?
Slide 18 - Open question
Zuivere stof of mengsel?
Zuivere stof
Mengsel
Slide 19 - Drag question
bestaat uit één soort stof
een helder mengsel van een oplosmiddel en een opgeloste stof
bestaat uit twee of meer stoffen
een mengsel van vaste stof en vloeistof
twee vloeistoffen die normaal niet mengen
oplossing
zuivere stof
suspensie
emulsie
mengsel
Slide 20 - Drag question
Sleep de juiste naam van het mengsel bij de goede letter.
A
B
C
OPLOSSING
SUSPENSIE
EMULSIE
Slide 21 - Drag question
Welk soort mengsel?
suspensie
emulsie
oplossing
alcohol en water
slaolie en water
suiker en water
zand en water
Slide 22 - Drag question
Wat kun je niet scheiden?
A
Een oplossing
B
Een suspensie
C
Een zuivere stof
Slide 23 - Quiz
Een oplossing is een combinatie van meer dan één stof.
A
juist
B
onjuist
Slide 24 - Quiz
Hoe ziet een oplossing uit?
A
altijd kleurloos
en helder
B
altijd kleurloos
en troebel
C
altijd gekleurd
en troebel
D
soms gekleurd
en altijd helder
Slide 25 - Quiz
Een oplossing is altijd
A
Wit
B
Troebel
C
Helder
D
Kleurloos
Slide 26 - Quiz
Een suspensie is een soort mengsel. Wat is een voorbeeld van een suspensie?
A
Thee
B
Limonade
C
Sinaasappelsap
D
Zout water
Slide 27 - Quiz
Een suspensie is een bepaald soort mengsel. Een suspensie is ...
A
Helder en altijd gekleurd
B
Helder en soms gekleurd
C
Troebel en altijd gekleurd
D
Troebel en soms gekleurd
Slide 28 - Quiz
Een suspensie is een
A
Mengsel van twee vloeistoffen
B
Mengsel van twee vaste stoffen
C
Mengsel van een vloeistof en een vaste stof
D
Een zuivere stof
Slide 29 - Quiz
Welke van onderstaande mengsels is een emulsie
A
Zeewater (water met zout)
B
Dagcreme (water met olie)
C
jus d'orange (water met vruchtenconcentraat)
D
Koffie (water met koffiesmaak)
Slide 30 - Quiz
Dit is een emulsie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 31 - Quiz
Welke stof is een GEEN emulsie?
A
Boter
B
Water
C
Zalf
D
Gezicht crème
Slide 32 - Quiz
Een emulsie is een bepaald soort mengsel. Een emulsie is ...
A
Helder en altijd gekleurd
B
Helder en soms gekleurd
C
Troebel en altijd gekleurd
D
Troebel en soms gekleurd
Slide 33 - Quiz
Dit is een suspensie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 34 - Quiz
Een emulsie is troebel en..
A
geel.
B
gekleurd.
C
wit.
D
doorzichtig.
Slide 35 - Quiz
Legering?
A
B
C
D
Slide 36 - Quiz
Wat is een legering?
A
Een neutraal geladen atoom
B
Een glimmend niet-metaal
C
Een mengsel van metalen
D
Een mengsel van niet-metalen
Slide 37 - Quiz
Legeringen worden vaak toegepast als materiaal. Wat is een legering? Een legering is: