Grieks werkwoord actief en passief

Grieks werkwoord
praesens, actief en passief
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Grieks werkwoord
praesens, actief en passief

Slide 1 - Slide

Werkwoord
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
jullie
wij
zij
ik
hij/zij/het
jij

Slide 2 - Drag question

Werkwoord actief
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
ετε
ομεν
ουσι(ν)
ω
ει
εις

Slide 3 - Drag question

Uitgangen voor passief
passief = +worden

Slide 4 - Slide

Werkwoord passief
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
εσθε
ομεθα
ονται
ομαι
εται
ει

Slide 5 - Drag question

ἀγω
A
ik leid
B
hij leidt
C
wij leiden
D
geen van deze antwoorden

Slide 6 - Quiz

ἀγουσιν
A
ik leid
B
hij leidt
C
wij leiden
D
geen van deze antwoorden

Slide 7 - Quiz

Wat betekent ἀγουσιν dan wel?

Slide 8 - Open question

ἀγομεθα
A
ik leid
B
wij leiden
C
ik word geleid
D
wij worden geleid

Slide 9 - Quiz

ἕλκονται
A
ik sleep
B
hij sleept
C
zij slepen
D
geen van deze antwoorden

Slide 10 - Quiz

Wat betekent ἕλκονται dan wel?

Slide 11 - Open question

γραφεται
A
ik word geschreven
B
hij wordt geschreven
C
zij worden geschreven
D
geen van deze antwoorden

Slide 12 - Quiz

γραφομεν
A
ik word geschreven
B
hij wordt geschreven
C
zij worden geschreven
D
geen van deze antwoorden

Slide 13 - Quiz

Wat betekent γραφομεν dan wel?

Slide 14 - Open question

καθαιρω
A
ik reinig
B
wij worden gereinigd
C
jullie reinigen
D
geen van deze antwoorden

Slide 15 - Quiz

καθαιρεσθε
A
ik reinig
B
wij worden gereinigd
C
jullie reinigen
D
geen van deze antwoorden

Slide 16 - Quiz

Wat betekent καθαιρεσθε dan wel?

Slide 17 - Open question

Werkwoord actief
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
ετε
ομεν
ουσι(ν)
ω
ει
εις

Slide 18 - Drag question

Werkwoord passief
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
εσθε
ομεθα
ονται
ομαι
εται
ει

Slide 19 - Drag question