§3.1 Deel 2

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

§3.1 Deel 2

Wat is de vraag?

Lesplanning

Leerdoelen vorige les

Leerdoelen deze les

Uitleg

Aan de slag!

Leerdoelen vorige les

Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen concrete markt en abstracte markt.

Je kunt uitleggen dat de betalingsbereidheid en consumentensurplus verschillend is bij verschillende prijzen.

Je kunt de vraaglijn tekenen en de vraagfunctie opstellen.

De vraagfunctie

Economische wiskunde

Qv = AP + B

Wiskunde

Y = AX + B

P=0

Qv = 0,3p + 60 = 0 + 60 

Ofwel 60

Qv=0

0,3 p + 60

p = 60 / 0,3 = 200

Y = AX + B

1.

Opstellen assenstelsel (p,q) --> p is verticaal , q is horizontaal

2.

Punt op de p as bepalen --> q gelijkstellen aan 0.

3.

Punt op de q as bepalen = p gelijkstellen aan 0

Leerdoelen deze les

Je kunt de vraaglijn tekenen en de vraagfunctie opstellen.

Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op de prijs en wat dit doet met de vraaglijn.

Vraagfactoren

Hoeveel er wordt gevraagd van een product wordt niet alleen bepaald door de prijs!

Er zijn meer vraagfactoren: factoren die invloed hebben op de vraag

• Hoogte inkomen van de vragers
  
• Behoeften en voorkeuren van de vragers
  
• Prijs van andere producten
  

Substitutie goederen

Substitutie goederen zijn goederen die elkaar kunnen vervangen. 

Voorbeelden

Koffie en thee

OV en auto

Lucifer en aansteker

Complementaire goederen

Dit zijn goederen die elkaar aanvullen.

Voorbeelden

Auto en benzine

Koffie en suiker

Tandenborstel en tandpasta

verschuiving van de vraaglijn

Er treedt een verschuiving van de vraaglijn op bij:

- verandering van inkomen van de vragers

-  verandering van behoeften van vragers 

- Verandering van prijs van andere producten

Verschuiving van de vraaglijn

Er worden op jaarbasis 1 miljoen vakanties geboekt. 

Er vind een stijging van de inkomens plaats. 

Wat gebeurt er dan met de vraaglijn?

Verschuiving van de vraaglijn

Stijging van de inkomens

Oude situatie

Wanneer treedt een verschuiving van de vraaglijn op?

1. Bij verandering van de naam van het product
2. Bij verandering van inkomen van de vragers, verandering van behoeften van vragers, verandering van prijs van andere producten
3. Bij verandering van de verpakking van het product
4. Bij verandering van de kleur van het product

Wat zijn substitutie goederen?

1. Goederen die niet nodig zijn
2. Goederen die elkaar tegenwerken
3. Goederen die elkaar aanvullen
4. Goederen die elkaar kunnen vervangen

Welke factoren hebben invloed op de vraag?

1. Inkomen, behoeften en voorkeuren, prijs van andere producten
2. Kleur, grootte, materiaal, leeftijd

Leerdoelen deze les

Je kunt de vraaglijn tekenen en de vraagfunctie opstellen.

Je kunt uitleggen welke factoren invloed hebben op de prijs en wat dit doet met de vraaglijn.

Aan de slag

Opgave 8 t/m 13

Tot einde van de les

Klaar?

Herhalingsopdrachten 1 t/m 5

Huiswerk volgende les

Opgave 8 t/m 13