3 kader - grammar 10 - Bezittelijke voornaamwoorden

Grammatica 10
Tijdens het bespreken en oefenen van de grammatica is het belangrijk dat je zelf de inschatting maakt of je mee moet schrijven of niet. 
Het is je eigen verantwoordelijkheid.

Als je extra hulp vraagt van je docent, kan deze vragen naar je aantekeningen. 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Grammatica 10
Tijdens het bespreken en oefenen van de grammatica is het belangrijk dat je zelf de inschatting maakt of je mee moet schrijven of niet. 
Het is je eigen verantwoordelijkheid.

Als je extra hulp vraagt van je docent, kan deze vragen naar je aantekeningen. 

Slide 1 - Slide

Grammatica 10
Bezittelijke voornaamwoorden (jaar 1)

Je krijgt eerst een video te zien en daarna oefeningen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Oefenen met grammatica 10!
Ik heb geen samenvatting gemaakt van grammatica 10. 
Ik heb hem niet gemaakt omdat dit een herhaling is uit jaar 1.
Als je die wel wilt, maak hem zelf in je schrift!

Slide 4 - Slide

Is this cup _____?
A
your
B
yours

Slide 5 - Quiz

The coffee is ____.
A
my
B
mine

Slide 6 - Quiz

That coat is _______.
A
my
B
mine

Slide 7 - Quiz

He lives in _____ house.
A
her
B
hers

Slide 8 - Quiz

You might want _____ phone.
A
your
B
yours

Slide 9 - Quiz

open vragen
Er komen nu 6 open vragen. 

Voorbeeld: Have you heard ___ song yet? (hun)
Antwoord: their

Slide 10 - Slide

Was that idea ...., or wasn't it? (van haar)

Slide 11 - Open question

They claim the painting is ____ . (van hen)

Slide 12 - Open question

This piano was ___ once, right? (van u)

Slide 13 - Open question

They admitted the dog was ____ . (van hen)

Slide 14 - Open question

Where is ___ brother? (jouw)

Slide 15 - Open question

This community keeps ___ traditions. (zijn/haar)

Slide 16 - Open question