What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Le passé composé et l'imparfait
Le passé composé et l'imparfait
On répète
1 / 28
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
28 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Le passé composé et l'imparfait
On répète
Slide 1 - Slide
Programme
Cette période: verbes au présent, passé composé, imparfait, conditionnel
Aujourd'hui: répétition passé composé
Cours d'après: répétition imparfait + différences passé composé/imparfait
Slide 2 - Slide
Le passé composé
Hoe vorm je hem?
Avoir of être?
Oefening
Slide 3 - Slide
Uit welke drie delen bestaat de passé composé?
Slide 4 - Open question
Wat is het voltooid deelwoord van het werkwoord "manger"?
Slide 5 - Open question
Wat is het voltooid deelwoord van "vendre"?
Slide 6 - Open question
Wat is het voltooid deelwoord van "finir"?
Slide 7 - Open question
En résumé
De passé composé bestaat uit:
onderwerp (je, tu, il ...) +
avoir/être +
voltooid deelwoord
Voltooid deelwoord ww op
-er =stam + é
-re = stam + u
-ir = stam + i
Slide 8 - Slide
Wanneer gebruik je hulpwerkwoord être? En wanneer avoir?
Slide 9 - Open question
avoir ou être ?
Wanneer je in het Nederlands hebben gebruikt, gebruik je in het Frans meestal
avoir
.
Gebruik je in het Nederlands zijn, dan gebruik je in het Frans meestal
être
.
Attention : bij
être
past het voltooid deelwoord zich in vorm aan
Slide 10 - Slide
Wat is de juiste vertaling van ...
Zij is gebleven.
A
elle a resté
B
elle a restée
C
elle est resté
D
elle est restée
Slide 11 - Quiz
Wat is de juiste vertaling van ...
Janneke en Sanne zijn gevallen.
A
Janneke et Sanne sont tombé.
B
Janneke et Sanne sont tombée.
C
Janneke et Sanne sont tombés.
D
Janneke et Sanne sont tombées.
Slide 12 - Quiz
Wat is de juiste vertaling van ...
Mijn moeder heeft gedanst.
A
Ma mère est dansé.
B
Ma mère est dansée.
C
Ma mère a dansé.
D
Ma mère a dansée.
Slide 13 - Quiz
avoir
être
rester
fermer
manger
parler
aller
arriver
retourner
téléphoner
Slide 14 - Drag question
au travail !
Fais les exercices (passé composé) ! Partie A
Fini ?
verbuga.eu
temps : passé composé
questions : au hasard (sans doublon)
verbes réguliers : aimer, arriver, entendre, vendre, finir, réfléchir
Slide 15 - Slide
Le passé composé et l'imparfait
On répète
Slide 16 - Slide
l'imparfait
Hoe vorm je hem?
Verschil passé composé / imparfait
Oefenen
Slide 17 - Slide
Wat zijn de uitgangen van de imparfait?
Slide 18 - Open question
Waar plak je de uitgangen van de imparfait achter?
A
Hele werkwoord min -er /-ir/-re (stam)
B
Het hele werkwoord
C
De nous-vorm van het werkwoord min -ons
D
De passé composé
Slide 19 - Quiz
En résumé
Imparfait "parler" -->
nous parlons
parl-
je parlais, tu parlais, il parlait, elle parlait, nous parlions, vous parliez, ils parlaient
Slide 20 - Slide
passé composé
Gebruik je om:
1. Te vertellen wat er in het verleden is gebeurd;
2. Te vertellen wat iemand heeft gedaan.
Een zin in de passé composé geeft antwoord op de vraag: ‘En toen?’. Het gaat altijd om een afgesloten gebeurtenis. Begin en einde zijn duidelijk.
imparfait
Gebruik je om:
1. Te vertellen hoe het in het verleden was;
2. Een toestand of situatie te beschrijven;
3. Een gewoonte of feit te beschrijven;
4. Een handeling die aan de gang is te beschrijven.
Slide 21 - Slide
passé composé
korte / bepaalde duur
eenmalig
actie
imparfait
lange / onbepaalde duur
herhaling / gewoonte
beschrijving, decor
Slide 22 - Slide
passé composé
imparfait
Slide 23 - Slide
En 1921, l'école ATC ________ ses portes.
Passé composé ou imparfait?
A
a ouvert (pc)
B
ouvrait (imp)
Slide 24 - Quiz
Autrefois, mon petit chien _______ petit et mignon.
Passé composé ou imparfait?
A
a été (pc)
B
était (imp)
Slide 25 - Quiz
Tous les jours, je / j' ______ du chocolat.
Passé composé ou imparfait?
A
ai mangé (pc)
B
mangeais (imp)
Slide 26 - Quiz
Hier, nous ________ les devoirs.
Passé composé ou imparfait?
A
avons fait (pc)
B
faisions (imp)
Slide 27 - Quiz
au travail !
Fais les exercices: partie C
Fini ?
verbuga.eu
temps : passé composé + imparfait
questions : au hasard (sans doublon)
verbes réguliers : aimer, arriver, entendre, vendre, finir, réfléchir
timer
10:00
Slide 28 - Slide
More lessons like this
Le passé composé et l'imparfait
September 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Werkwoorden
June 2024
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
ch 2 cours hors de prix 20 01
November 2022
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Le passé composé
March 2024
- Lesson with
40 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
passé composé met avoir of être
March 2018
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
3 vwo herhaling ww-er/ir + werkwoorden -re
October 2023
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
04 - uitleg imparfait et passé composé
June 2021
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2TH Werkwoorden Les 3
March 2020
- Lesson with
47 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2