4. Gasdruk

• Natuurkunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

4. Gasdruk

Pak je boek, pen en iPad op tafel.

iPad in de LessonUp.

Startvraag: waarom heb ik afgelopen week mijn bandenspanning gecheckt en bijgewerkt?

Waar kan je helder en zonnig weer verwachten?

1. Bij een lagedrukgebied
2. Bij een hogedrukgebied

Wat gaan we leren?

Vorige les: door de massa van luchtdeeltjes in de atmosfeer ontstaat luchtdruk. Als lucht ergens stijgt, blijft er lagere luchtdruk over, en krijg je vaak neerslag/slecht weer.

Deze les: wat bepaalt de druk in een afgesloten ruimte - bv. een autoband?

Hoe moet je daar rekening mee houden?

Eerst zelf uitzoeken

Ga via deze link naar de simulatie over gasdruk.

Je kan de druk hoger of lager

laten worden door verschillende

dingen te veranderen.

Op welke drie manieren kan je de druk

in de afgesloten ruimte verhogen?

De druk wordt hoger als je:

- Meer luchtdeeltjes toevoegt aan de ruimte;

- De ruimte kleiner maakt;

- De temperatuur in de ruimte verhoogt.

Dit zorgt allemaal voor meer botsingen en dus hogere druk.

Met een manometer kan je meten wat de overdruk is - het verschil in druk tussen de band en de luchtdruk buiten.

Tel je overdruk en luchtdruk bij elkaar op, dan weet je de absolute druk in de band.

Bij luchtdruk leerden we de eenheden millibar en Pascal.

Die kom je (onder andere) ook tegen bij bandenspanning. Er zijn veel eenheden mogelijk voor druk, dus je moet goed kijken met welke je te maken hebt.

Tot slot: waarom check ik wanneer het kouder wordt mijn bandenspanning?

1. Omdat de druk afgenomen is
2. Omdat de druk toegenomen is

Dit hebben we geleerd over druk:

Luchtdruk ontstaat door de massa van luchtdeeltjes in de atmosfeer. Hoe verder van de aarde, hoe lager de druk.

Bij een lagedrukgebied stijgt lucht en krijg je neerslag. Bij een hogedrukgebied daalt lucht en krijg je helder weer.

De gasdruk in een afgesloten ruimte wordt bepaald door het aantal botsingen tussen de moleculen.

Luchtdruk meet je met een barometer en gasdruk met een manometer.

Reminder: je maakt voor dit hoofdstuk als praktisch onderdeel zelf een barometer + voorspelt daarmee het weer.

Misschien handig om in de vakantie alvast te doen! Opdrachten staan in Teams.

Aan de slag!

Maak: paragraaf 2.2, opdracht 1 t/m 7 en 9

Gebruik de theorie bij de opdrachten.

Met wie: je mag rustig overleggen met je buur.

Hoe lang: tot einde les.

Klaar?

Voor degenen die woensdag practicum doen: is je werkplan af?

Voor degenen die dat gedaan hebben: verslag af? Dan bezig voor ander vak.