Spreken en gesprekken H1

Spreken en gesprekken H1
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

Spreken en gesprekken H1

Slide 1 - Slide

10 minuten lezen uit je leesboek

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
- Zinsontleding herhalen
- Theorie spreken en gesprekken H1
- Werken aan de opdrachten

Slide 3 - Slide

Het    door    Peter    georganiseerde

 klassenfeest    was    volgens    iedereen

 absoluut    fantastisch.

Slide 4 - Slide

Vragen stellen
Gesloten vragen: alleen met ja of nee beantwoorden.
- Heb je veel vrienden?
- Vind je lezen leuk?

Begint met een werkwoord.  

Slide 5 - Slide

Vragen stellen
Open vragen: uitgebreid antwoord geven.
- Wat betekent vriendschap voor jou?
- Welke boeken vind je leuk om te lezen?

Begint met een vraagwoord. 

Slide 6 - Slide

Vragen stellen
Je kunt vragen stellen om feiten te weten te komen.
- Hoeveel uur slaap je per dag?
- Hoe vaak zien jullie elkaar?

Je kunt ook vragen stellen om iemands mening te horen:
- Welk vak vind jij het moeilijkst?
- Wat vind je het leukst om na school te doen?

Slide 7 - Slide

Vragen stellen
Als je niet een duidelijk antwoord krijgt kan je ook doorvragen

- Vragen om herhaling
- Vragen om een voorbeeld
- Vraag om meer uitleg 

Slide 8 - Slide

Gesloten of open?
1. Komen zij morgen niet?
2. Hoe gaat het met je?
3. Kunnen jullie niet even wachten op ons?
4. Gaan jullie morgen op vakantie?
5. Wat is volgens jou de beste film van dit moment?
6. Wat is er nog gebeurd nadat wij naar huis zijn gegaan?

Slide 9 - Slide

Feit of mening?
1. Welk eten vind je heel lekker?
2. Wat heb je voor je verjaardag gekregen?
3. Wat heb je gister gekocht?
4. Hoeveel paar schoenen heb jij?
5. Wanneer ben je jarig?
6. Wat vind jij van die nieuwe film?

Slide 10 - Slide

Werken aan de opdracht
Wat? Opdracht 1 & 2 op bladzijde 22 - 23
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs.
Klaar? Lees de groene tekst van blz. 32 en maak opdr. 1 van blz. 33.

Huiswerk voor morgen: blz. 22-23 opdr. 1&2
                                           blz. 33 opdr. 1

Slide 11 - Slide

Welkom!
10 minuten in stilte lezen.
Nakijken huiswerk.
Game!

Slide 12 - Slide

Opdracht 1
1 gesloten
2 open
3 gesloten
4 open
5 gesloten
6 gesloten
7 open
8 open

Opdracht 2
1 feit
2 mening
3 mening
4 feit
5 niet vast te stellen
6 mening
7 mening
8 feit

Slide 13 - Slide

Formuleren opdr. 1
1 Vannacht heeft Rijkswaterstaat op de snelwegen gestrooid, want door de ijzel waren ze spiegelglad.
2 Voordat Jordy die nieuwe koptelefoon kocht, heeft hij eerst op internet de prijzen vergeleken.
3 Anouk en Mary moesten op vrijdagmiddag twee uur terugkomen, omdat ze al drie keer te laat waren gekomen.

Slide 14 - Slide

Formuleren opdr. 1
4 Zodra het een paar nachtjes vriest, brengen de Nederlanders hun schaatsen weg om ze te laten slijpen.
5 Als we ’s zomers op vakantie zijn, eten we vaker in een restaurant dan in de wintermaanden.
6 Terwijl / Wanneer mijn moeder het eten kookt, dekt mijn vader alvast de tafel.

Slide 15 - Slide