This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Herhaling Hoofdstuk 1
v
Slide 1 - Slide
Voor je scooter tank je 4,2 liter brandstof. De prijs is 2,613 €/L. Hoeveel betaal je met de pin en hoeveel contant
Slide 2 - Open question
Reken om 25 Pond naar € €25,- naar Pond
Slide 3 - Open question
Wat is voordeliger? De wisselkoers is: 1 Dollar = 0,943 EUR Voor de betaling kun je kiezen uit: • Dollar: 30,73, plus De bank rekent 2% koersopslag + € 0,55. • EUR: 29,76, daarin is de € 1,65 toeslag al verwerkt
Slide 4 - Open question
Er zijn meer dan 250.000 eenouder - huishoudens met 1 kind
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
Wanneer komt je pakket aan? (bestelling zaterdag)
Slide 6 - Open question
Een wasprogramma duurt 142 minuten. Afgesproken is dat je na 12:30 uur niet meer wast.
Hoe laat kun je uiterlijk de wasmachine aanzetten? Rond af naar beneden op een kwartier.
A
9.45
B
10.00
C
10.15
D
10.30
Slide 7 - Quiz
Je meting van 124,6 KM heeft een foutmarge van 2%. Dat betekent dat de werkelijke afstand maximaal 1,02 keer zo hoog of minimaal 0,98 keer zo laag kan zijn.
Wat is de maximale afstand?
A
122,1 KM
B
127,9 KM
Slide 8 - Quiz
Je gaat 165 x met de motor (enkele passage) Hoeveel moet je betalen?
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Hoeveel procent van de inkomsten zijn directe belasting?