Tijdvak 7: voor de revolutie

Tijd van pruiken en revoluties
Tijdvak 7
Voor de revolutie
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Tijd van pruiken en revoluties
Tijdvak 7
Voor de revolutie

Slide 1 - Slide

Vandaag
Aan het einde van de lessen kun je uitleggen wat de standenmaatschappij is.

Wat ''absolutisme'' betekent.

Uitleggen wat een grondwet is en wat er in staat 


Slide 2 - Slide

Wanneer?
  • Tijdvak 7: de tijd van pruiken en revoluties.
  • 1700 - 1800.
  • Vroegmoderne tijd.

Slide 3 - Slide

Waar?
  • Frankrijk.

Slide 4 - Slide

Absolutisme
  • Manier van besturen waarbij de koning alle macht heeft.
  • Bijvoorbeeld: Lodewijk XIV


- Voorbeelden van nu?

Slide 5 - Slide

Lodewijk XIV
  • Zonnekoning: alles draaide om de koning. Hij was het middelpunt van de samenleving.
  • Zijn wil was wet. De bevolking moest luisteren naar hem -> absolutisme.

Slide 6 - Slide

Versailles
  • Paleis van Lodewijk XIV.
  • 700 kamers.
  • Edelen moesten hier wonen -> de koning kon ze zo in de gaten kon houden.
  • Slechte hygiëne.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Standenmaatschappij
  • Eerste stand: geestelijkheid.
  • Tweede stand: adel.
  • Derde stand: boeren.

Slide 9 - Slide

Eerste stand
  • Geestelijkheid;
  • Bisschoppen;
  • Priesters.

Zij hoefden geen belasting te betalen.

Slide 10 - Slide

Tweede stand
  • Adel;
  • Edelen.

Ook zij hoefden geen belasting te betalen.

Slide 11 - Slide

Derde stand
  • Boeren;
  • De rest van de bevolking.

  • Zij moesten belasting betalen.
  • Boeren moesten een deel van de oogst afstaan.
  • Ze hadden niets te vertellen over het bestuur.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Franse volk werden ontevreden
Ze zagen in andere landen hoe het ook kon.

- Grondwet
- Iedereen is gelijk
- ''Democratie'' (meebeslissen)

Slide 14 - Slide