This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Een grafiek tekenen
Lesdoelen:
welke grafieken zijn er?
terminologie(woordenschat) bij grafieken?
Hoe teken je een grafiek?
Slide 1 - Slide
lijngrafiel
Slide 2 - Slide
puntengrafiek
Slide 3 - Slide
Staaf diagram
Slide 4 - Slide
Cirkel
diagram
Slide 5 - Slide
Terminologie (woordenschat)
*tabel
*grafiek
*diagram
*assenstelsel
*x-as horizontale as
*y-as vertikale as
*schaalverdeling
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
wat is een grafiek ?
A
een verhaaltje
B
een plaatje over getallen
C
een rekenmachine
D
een tekening
Slide 8 - Quiz
Wat is de x-as?
A
schuine lijn
B
stippellijn
C
horizontale lijn
D
de diameter
Slide 9 - Quiz
Wat is de y-as?
A
een loodlijn
B
de hypotenusa
C
een diagonaal
D
een vertikale lijn
Slide 10 - Quiz
Grafieken tekenen
Je leert nu een grafiek tekenen bij een verhaaltje.
Dit doen we met een stappenplan: (AS)
Maak een tabel.
Teken een assenstelsel.Zet een titel boven de grafiek.
Schrijf bij de assen waar ze over gaan. (grootheid en eenheid)
Zet er getallen bij=Schaalverdeling
Teken de punten uit de tabel in de grafiek.
(Bij regelmaat) Trek en rechte lijn waar mogelijk door de punten.
Slide 11 - Slide
1. Maak een tabel
water wordt verwarmd, iedere 30 seconden meet ik de temperatuur= 18,23,28,34,39,44,50,55,60,66,70
Maak van deze meetwaarden een tabel.
In de linkerkolom zet je de tijd en in de rechterkolom zet je de temperatuur.
Slide 12 - Slide
Stuur een foto van jouw tabel
Slide 13 - Open question
2. assenstelsel met titel
Titel? waar gaat deze opdracht over?
Horizontale-as (xas)= de tijd in seconden
Vertikale -as= Temperatuur in graden celsius
zet in beiden assen een schaalverdeling.
Slide 14 - Slide
Stuur een foto van jouw assenstelsel
Slide 15 - Open question
Maak nu de grafiek af door de punten in de grafiek te zetten en een lijn hierdoor te trekken Maak een foto en stuur op.
Slide 16 - Open question
In welke volgorde moet je een grafiek tekenen?
1. teken een assenstelsel 2. zet de titel boven de grafiek, benoem de assen en zet de cijfers erbij 3. teken een rechte lijn 4. maak een tabel 5. teken de punten in het assenstelsel
Slide 17 - Open question
Iemand heeft een snelheid van 5 m per seconde Deze persoon loopt gedurende 10 s met deze snelheid. Maak de tabel en teken de grafiek erbij. Stuur een foto van jou resultaten. (extra info zie theorieboek p 176)