Democratie in Nederland

5.2: Democratie in Nederland (2)
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

5.2: Democratie in Nederland (2)

Slide 1 - Slide

Deze les:
  • Herhalen/ bespreken leerdoel 1
  • Bespreken opdracht liberalisme
  • uitleg leerdoel 3: Wat er veranderde door de grondwet van 1848.
  • uitleg leerdoel 4: Hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
  • Aan de slag met het maken van de paragraaftoets. 

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les:
... kun je uitleggen wat er veranderde met de komst van de grondwet van 1848.
... kun je uitleggen hoe de liberalen meer invloed kregen.
... kun je uitleggen hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
... kun je in je eigen woorden uitleggen wat de begrippen: parlementair stelsel en parlementaire democratie betekenen.

Slide 3 - Slide

Leerdoel 1: Hoe Nederland vanaf 1815 werd bestuurd.

Slide 4 - Mind map

Liberalisme + partijen nu?

Slide 5 - Mind map

De grondwet van 1848:
  • De eerste jaren waren de Nederlanders tevreden met het autoritaire bestuur van Willem I
  • Belgen komen in 1830 in opstand en stichtten een onafhankelijke staat. Hele korte oorlog, in België liberalen aan de macht.
  • Opstanden in Europa

Slide 6 - Slide

De grondwet van 1848:
  • ontevredenheid in Nederland: burgers wilden meer invloed in de politiek.
  • parlement moest gekozen worden door verstandige burgers en moest de regering kunnen controleren.
  • meer vrijheden: godsdienstvrijheid en persvrijheid.

Slide 7 - Slide

De grondwet van 1848:
  • In 1840 volgt Willem II zijn vader op, die blijkt jarenlang teveel geld uitgegeven te hebben.
  • parlement eist meer controle op de financiën
  • 1848: protesten in Amsterdam en Den Haag tegen de overheid.
  • Willem II geeft het liberale kamerlid Thorbecke de opdracht een nieuwe grondwet te schrijven. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Wat veranderde er met de grondwet van 1848?

Slide 10 - Mind map

De grondwet van 1848:
  • burgerlijke vrijheden als grondrechten vastgelegd: godsdienstvrijheid, persvrijheid, vrijheid van vereniging en vergadering.
  • parlementair stelsel: politiek systeem waarin het parlement de hoogste macht heeft. 

Slide 11 - Slide

Uitbreiding van het kiesrecht:
  • parlement werd gekozen door mannen die een goed inkomen hadden, die waren verstandig genoeg om te stemmen,  11% van de Nederlandse mannen had kiesrecht
  • 1887: 25 % van de mannen
  • 1896: 50 % van de mannen
  • 1917: Algemeen kiesrecht voor mannen
  • 1919: Algemeen kiesrecht, ook vrouwen mogen stemmen. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

uitbreiding van het kiesrecht:
Met de komst van het algemeen kiesrecht (voor mannen en vrouwen) werd Nederland een parlementaire democratie: bestuurssysteem waarin de regering afhankelijk is van het parlement dat met algemeen kiesrecht is gekozen.

Slide 14 - Slide

Aan de slag:
  • Werk de leerdoelen en begrippen van deze paragraaf uit. 
  • Maak daarna de paragraaftoets, document staat in SOM. 

Slide 15 - Slide

controle leerdoelen.... 
... kun je uitleggen wat er veranderde met de komst van de grondwet van 1848.
... kun je uitleggen hoe de liberalen meer invloed kregen.
... kun je uitleggen hoe het kiesrecht werd uitgebreid.
... kun je in je eigen woorden uitleggen wat de begrippen: parlementair stelsel en parlementaire democratie betekenen.

Slide 16 - Slide