Week 5 voeding en dieetleer

Voeding en dieet: 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Voeding en dieet: 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen:

H3.1 gezonde voeding
H3.2 Gezond gewicht

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
  1. kan je benoemen welke functies voeding heeft
  2. weet je welke voedingsstoffen bouw,- brand,- en beschermende stoffen zijn
  3. kan je uitleggen wat ADH betekend
  4. kan je benoemen wat de oorzaken van over,- en ondergewicht zijn.



Slide 3 - Slide

Wat weten we nog van de vorige les?
Schrijf op:
1. Wat zijn de basisregels voor schoonmaken?
2. Welk matras is geschikt voor  bedlegerige cliënt met ernstige decubitus? Waarom?

(Decubitus zijn doorligplekken/ wonden)


Slide 4 - Slide

H3.1 gezonde voeding

Slide 5 - Slide

Wat is voor jou gezonde voeding?

Slide 6 - Mind map

Hoe gezond eet jij?
0= erg ongezond 10 = heel gezond
0100

Slide 7 - Poll

Functies van gezonde voeding
Lichamelijk: 
Bouw,- brand,- en beschermende stoffen houden ons in leven en helpen ons te herstellen of ziekte te voorkomen.

Sociaal:
Door het samenzijn tijdens het nuttigen van een 
maaltijd heb je de mogelijkheid om de 
dag door te nemen of iets te vertellen.

Slide 8 - Slide

Voedingsstoffen
Voedingsstoffen zitten in producten (voedingsmiddelen) Voorbeelden voedingsstoffen:

eiwitten, vetten, koolhydraten
water, mineralen
vitamines

Slide 9 - Slide

Bouwstoffen
  • eiwitten
  • mineralen
  • vitaminen
  • water

Bouwstoffen zorgen voor opbouw van botten, spieren, huid en zorgen voor groei van het lichaam.

Slide 10 - Slide

Brandstoffen
  • koolhydraten
  • vetten
  • eiwitten

Brandstoffen zorgen voor energie en warmte voor bv ademhaling en spijsvertering

Slide 11 - Slide

Beschermende stoffen
  • vitaminen
  • mineralen

Beschermende stoffen zorgen voor bescherming en weerstand tegen ziekten

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Ons lichaam haalt voedingsstoffen uit het voedsel dat we eten.

Welke voedingsstof is voor het lichaam de belangrijkste bron van bouwstoffen?
A
eiwitten
B
koolhydraten
C
vezels
D
vitaminen

Slide 14 - Quiz

Voedingsbehoefte
Wat  iemand per dag nodig heeft 
hangt af van:
leeftijd/leefstijl/sekse
gezondheidstoestand

Slide 15 - Slide

Voedingsbehoefte
Verandering voedingsbehoefte, o.a. door:
  • verminderde celactiviteit
  • verminderde nierfunctie
  • verslechterde werking spijsverteringskanaal
  • afname absorptie in de darmen
  • verslechtering smaak- en reukvermogen

Slide 16 - Slide

ADH
Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid 

Dit is de hoeveelheid voedingsstof die je gemiddeld per dag nodig hebt.

Slide 17 - Slide

Energie:
Het lichaam heeft constant energie nodig om te kunnen functioneren.

Energie maat: joule (J)
 
1kcal=4,2 kj

Slide 18 - Slide

Ruststofwisseling 
= stofwisseling die plaats vind in rust.
Het verbruikt meer dan de helft van alle energie...
Waaraan denk je?

Slide 19 - Slide

Opdracht
Ga naar www.voedingscentrum.nl/schijfvanvijf 
zoek op welke voedingstoffen je in welke schijf kan vinden.

eiwitten, vetten, koolhydraten
water, mineralen
vitamines

timer
15:00

Slide 20 - Slide

Zoek de volgende begrippen op en schrijf erbij wat ze betekenen

voedingspatroon
overgewicht
ondergewicht
voedingsgewoonte
vegetarisme

timer
15:00

Slide 21 - Slide

H3.2 gezond gewicht
Wat is een gezond gewicht?
BMI berekenen

https://www.voedingscentrum.nl/nl/afvallen/gezond-afvallen-de-start/heb-ik-een-gezond-gewicht.aspx 

Slide 22 - Slide

Waarom is een gezond gewicht belangrijk?

Gevaar overgewicht?
Gevaar ondergewicht?

Slide 23 - Slide

Opdracht:
Werk in een groepje van 3.
schijf samen met je groepje op wat de oorzaken van  over,- en ondergewicht zijn. 
Bedenk samen minimaal 2 tips op dit te voorkomen.
timer
10:00

Slide 24 - Slide

Check leerdoelen:
Aan het eind van deze les...
  1. kan je benoemen welke functies voeding heeft
  2. weet je welke voedingsstoffen bouw,- brand,- en beschermende stoffen zijn
  3. kan je uitleggen wat ADH betekend
  4. kan je benoemen wat de oorzaken van over,- en ondergewicht zijn.

Slide 25 - Slide

Maken:
Voeding A: gezond gewicht blz. 27 t/m 30

Slide 26 - Slide