Economisch bekeken - H1.1 Verkoopprijzen en brutowinst en 1.2

1.1 Verkoopprijzen en brutowinst (B) /1.2 Bedrijfskosten en nettowinst (B)
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

1.1 Verkoopprijzen en brutowinst (B) /1.2 Bedrijfskosten en nettowinst (B)

Slide 1 - Slide

Aan het eind van deze paragraaf kun je:
  • de verkoopprijs berekenen, inclusief en exclusief btw.
  • uitleggen wat btw, de consumentenprijs en de winkelprijs zijn.
  • de omzet, inkoopwaarde en brutowinst berekenen.
  • de verschillende bedrijfskosten benoemen en uitleggen waarvoor de
      kosten worden gemaakt.
  • Ik kan uitleggen wat de nettowinst is en de nettowinst berekenen.
Wat gaan we leren?
  • Ik kan uitleggen wat de kostprijs is en de kostprijs berekenen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video



  • Verkoopprijs = netto verkoopprijs  = verkoopprijs exclusief btw
  • Consumentenprijs = bruto verkoopprijs = verkoopprijs inclusief btw
Verkoopprijs en consumentenprijs

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

  • Omzet (verkoopopbrengst in een
     periode)

  • Inkoopwaarde 
  • Omzet - inkoopwaarde =
     brutowinst
  • Bedrijfskosten
  • Brutowinst - bedrijfskosten =
     nettowinst
Het stappenplan OIBKN

Slide 6 - Slide




Het bedrijf Sneakerhero uit Dokkum heeft in oktober een omzet gemaakt van € 60.000,-. De sneakers zijn ingekocht voor € 30.000,-. Verder heeft het bedrijf ook bedrijfskosten, zoals huur, personeelskosten, energie en verzekeringen. Deze waren in oktober
€ 17.500,-.

Vraag: Wat is de brutowinst en nettowinst van Sneakerhero Dokkum?



Omzet                 € 60.000,-           
Inkoopwaarde   € 30.000,-            Brutowinst          € 30.000,-          (Bedrijfs)Kosten € 17.500,- Nettowinst          € 12.500,-

De brutowinst is € 30.000,- en de nettowinst is € 12.500,-





Voorbeeld

Slide 7 - Slide

VRAGEN?

Slide 8 - Slide

Reken uit!
  • De volgende gegevens komen uit de boekhouding van Snackbar 't Hoekje:
    - Omzet    € 135.000,-
    - Inkoopwaarde    € 45.000,-
    - Bedrijfskosten    € 98.000,-

  • Vraag: Bereken de nettowinst of het nettoverlies van dat jaar. Noteer je
     berekening.

  • Antwoord: Omzet - inkoopwaarde = brutowinst
     € 135.000,- - € 45.000,- = € 90.000,-
     Nettowinst = brutowinst - bedrijfskosten = nettowinst
     € 90.000,- - € 98.000,- = - € 8.000,-. De snackbar heeft een verlies van € 8.000,-.




Slide 9 - Slide

Huiswerk voor de volgende les:
  • Basis: Maak de opgaven 1 t/m 27 op   bladzijde 8 t/m 10 en opgaven 1 t/m 29 op
     bladzijde 12 t/m 14 van werkboek 4A. 


Huiswerk

Slide 10 - Slide