Hoofdstuk 7

Hoofdstuk 7
Economie
Toets 9 juni
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 7
Economie
Toets 9 juni

Slide 1 - Slide

Wat gaan wij vandaag doen?
  • Belangrijke begrippen doornemen van H7
  • Oefentoets maken
  • Oefentoets bespreken

Slide 2 - Slide

Leerdoelen van vandaag
  • Aan het einde van de les weet je wanneer de toets is van hoofdstuk 7

  • Aan het einde van de les weet je de belangrijke begrippen van hoofdstuk 7

Slide 3 - Slide

Internationale handel
Handel met het buitenland
- Import
- Export

Slide 4 - Slide

Open en gesloten economie
Veel of weinig in- en uitvoer

  • Noord-Korea

Slide 5 - Slide

Heeft Nederland een gesloten of een open economie
A
Open economie
B
Gesloten economie

Slide 6 - Quiz

Ontwikkelingslanden
Landen waar
  • veel armoede,
  • een slechte gezondheidszorg
  • en weinig onderwijs is,
noem je ontwikkelingslanden.


Andere kenmerken die daarmee te maken hebben: ondervoeding, kindersterfte, analfabetisme, kinderarbeid.



Slide 7 - Slide

Welvaart
Een land heeft veel welvaart
als de inwoners
in veel behoeften kunnen voorzien.


Alles wat de inwoners van een land
samen verdienen, noem je het nationaal inkomen. 

Slide 8 - Slide

Vicieuze cirkel
(een cirkel van problemen)
Voor ontwikkelingslanden is het moeilijk om uit de problemen te komen.

Dat betekent dat de oorzaak van het ene probleem weer het gevolg is van een ander probleem.

Slide 9 - Slide

Ontwikkelingssamenwerking
Rijke landen (ontwikkelde landen) helpen arme landen (ontwikkelingslanden) 

Noodhulp: Korte termijnhulp in noodsituaties. (Natuurrampen, hongersnood)

Structurele hulp: lange termijnhulp met als doel onafhankelijkheid.
  • Met onderwijs aan kinderen en volwassenen
  • Het inenten van jonge kinderen tegen ziekten

Slide 10 - Slide

Fairtrade

Slide 11 - Slide

Waar kan je het logo van Fairtrade op terug vinden?

Slide 12 - Open question

Hoe zou je ontwikkelingslanden kunnen helpen?

  • Fairtrade producten kopen

  • Geld doneren aan
    organisaties zoals; Unicef

Slide 13 - Slide

Oefentoets hoofdstuk 7
10 vragen
Elke vraag 1 punt

Slide 14 - Slide

1. Omschrijf wat internationale handel is

Slide 15 - Open question

2. Nederland heeft een open economie. Dat wil zeggen dat Nederland....
A
Meer exporteert dan importeert
B
Meer importeert dan exporteert
C
Veel exporteert en veel importeert

Slide 16 - Quiz

3. Is de volgende bewering juist of onjuist?

Door vrij verkeer van personen kun jij later in een ander EU-land gaan werken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

4. Noem twee voordelen die jij als consument hebt als je een product wilt kopen in een ander land van de eurozone

Slide 18 - Open question

5. Schrijf drie kenmerken van ontwikkelingslanden op.

Slide 19 - Open question

7. Vul de vicieuze cirkel in.

1. Weinig inkomen
2. gezondheidsproblemen
3. armoede
4. ondervoeding
5. te zwak om te werken
A
3 - 4 - 2 - 5 - 1
B
1 - 2 - 3 - 4 - 5
C
4 - 3 - 2 - 5 - 1
D
2 - 5 - 4 - 1 - 3

Slide 20 - Quiz

Vicieuze cirkel
3. Armoede
4. Ondervoeding
2. Gezondheidsproblemen
5. te zwak om te kunnen werken
1. Weinig inkomen

Slide 21 - Slide

7. Wat is het verschil tussen import en export?

Slide 22 - Open question

8. Unicef is een hulporganisatie die geld besteedt aan het verbeteren van onderwijs in ontwikkelingslanden.

Geeft Unicef noodhulp of structurele hulp?
A
Noodhulp
B
structurele hulp

Slide 23 - Quiz

9. Wanneer is een land welvarend?

Slide 24 - Open question

10. Fairtrade chocolade is duurder dan 'gewone' chocolade.

Noem één oorzaak waarom Fairtrade chocolade duurder is

Slide 25 - Open question

Hoe ging de oefentoets?

Slide 26 - Slide

Jullie mogen aan de slag met hoofdstuk 7: rekenen.




Online: onderaan hoofdstuk 7
Boek: bladzijde 214

Ben je klaar?
Ga verder met je eigen samenvatting over hoofdstuk 7

Slide 27 - Slide

Leerdoelen van vandaag
  • Aan het einde van de les weet je wanneer de toets is van hoofdstuk 7

  • Aan het einde van de les weet je de belangrijke begrippen van hoofdstuk 7

Slide 28 - Slide