Klantgericht werken

Klantgericht & klantvriendelijk
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Klantgericht & klantvriendelijk

Slide 1 - Slide

Klantgericht
Een behoefte is iets wat je nodig hebt.

Bij klantgericht denken houdt je rekening met:
  • Wie de klant is;
  • De behoeften van de klant;
  • De wensen van de klant;
  • De oplossing die jij kunt bieden.

Slide 2 - Slide

Doelgroep
Een doelgroep bestaat uit klanten. Veel klanten die bij een doelgroep horen hebben dezelfde behoeften.


Slide 3 - Slide

Wat is een goed voorbeeld van klantgerichtheid
A
Een klant vriendelijk te woord staan
B
De klant een goede dag wensen
C
Meedenken met de klant
D
Boos reageren op de klant

Slide 4 - Quiz

Klantvriendelijk
Als dienstverlener doe je je werk goed als je de klanten tevreden houdt.

Vier kernpunten: 
  • Wees attent;
  • Wees behulpzaam;
  • Wees aardig;
  • Wees correct.

Slide 5 - Slide

Non-verbale communicatie
Je ziet er verzorgd uit.
Daarbij let je op deze punten:

Slide 6 - Slide

Non Verbale communicatie

Je houding is naar de klant toe gericht.

Je kijkt de klant aan.
Je staat of zit rechtop.
Je let goed op of de klant wat nodig heeft of een vraag wil stellen.
Je geeft de klant voorrang boven je eigen bezigheden, zoals telefoneren, vakken vullen of eten.



Slide 7 - Slide

Verbale communicatie

Je zorgt ervoor dat de klant zich welkom voelt en geholpen wordt.
Groet de klant als deze binnenkomt.
Vraag of je kunt helpen.

Slide 8 - Slide

 LSD-techniek.
Luisteren, samenvatten doorvragen





Slide 9 - Slide

Wat is een mooi voorbeeld van klantvriendelijheid
A
Altijd beleefd zijn tegen de klant
B
meedenken met de klant
C
de klant een betere optie geven
D
Boos reageren op de klant

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Video

Hospitality
Klantgerichtheid en klantvriendelijkheid samen noem je hospitality. Ofwel gastvrijheid.

Je laat het zien door: 
  • Een juiste beroepshouding;
  • Schone opgeruimde ruimtes;
  • Klantgericht uitvoeren van je taken;
  • Klantvriendelijke uitvoeren van je taken.

Slide 12 - Slide

Noem een moment wanneer je als klant goed geholpen bent.

Slide 13 - Mind map

Slide 14 - Slide

Wat zou de cartoonist met de afbeelding willen zeggen?
A
Als verkoper moet je nauw contact hebben met de klant.
B
De verkoper wil meerijden met de klant.
C
Als verkoper moet je door de ogen van de klant kijken.
D
De verkoper wilt de blauwe wagen verkopen.

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video

Vind je de verkoper vriendelijk en beleefd?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quiz

Is de verkoper hulpvaardig (dienstvaardig)?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Denk je dat verkoper klantgericht handelt?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Was de klant tevreden?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

Was de klant tevreden?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quiz

Zijn er nog vragen?

Slide 22 - Slide