bij = bei und zu
Wanneer gebruik je welke?
Als je kunt vragen: Waar?
stilstand/zich bevinden dan bei + 3
Voorbeeld: Ich stehe bei der Ampel. = Ich sta bij het stoplicht
Als je kunt vragen: Waar naartoe? / Waarheen? ( beweging) dan zu + 3
Hij komt bij mij. = Er kommt zu mir.