Argumentatiestructuur

Argumentatiestructuur
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Argumentatiestructuur

Slide 1 - Slide

Standpunt
Argument 1
Subargument 1.1
Niet alle films zijn geschikt voor kinderen
Het is belangrijk dat de Kijkwijzer verplicht is
Kinderen kunnen het onderscheid nog niet maken tussen echt en fictie

Slide 2 - Drag question

Welke argumentatiestructuur was dit?
A
Afhankelijke nevenschikking
B
Onafhankelijke nevenschikking
C
Enkelvoudige argumentatie
D
Onderschikkende argumentatie

Slide 3 - Quiz

Standpunt
Argument 1.1a
Argument 1.1b
Ik val op grappig en klein
Ik heb echt niks met haar
Zij is groot en serieus

Slide 4 - Drag question

Welke argumentatiestructuur was dit?
A
Afhankelijke nevenschikking
B
Onafhankelijke nevenschikking
C
Enkelvoudige argumentatie
D
Onderschikkende argumentatie

Slide 5 - Quiz

Standpunt
Argument 1
Argument 2
Ik was in Italië
Ik was niet in Texas Steakhouse
Ik ben vegetariër

Slide 6 - Drag question

Welke argumentatiestructuur was dit?
A
Afhankelijke nevenschikking
B
Onafhankelijke nevenschikking
C
Enkelvoudige argumentatie
D
Onderschikkende argumentatie

Slide 7 - Quiz

Standpunt
Argument 1.1a
Argument 1.1b
Ik ga niet op kanopolo
Mijn zus doet aan kanopolo
Ik wil niet bij dezelfde vereniging als mijn zus

Slide 8 - Drag question

Welke argumentatiestructuur was dit?
A
Afhankelijke nevenschikking
B
Onafhankelijke nevenschikking
C
Enkelvoudige argumentatie
D
Onderschikkende argumentatie

Slide 9 - Quiz

Standpunt
Argument 1
Honden lijken net mensen
Honden zijn leuker dan katten

Slide 10 - Drag question

Welke argumentatiestructuur was dit?
A
Afhankelijke nevenschikking
B
Onafhankelijke nevenschikking
C
Enkelvoudige argumentatie
D
Onderschikkende argumentatie

Slide 11 - Quiz