GEO HAVO4 H3 overzicht

H3. De olifant ontwaakt
Na deze les kun je...
- het demografisch transitiemodel beschrijven
- de economische en demografische kenmerken van centrum, semi-periferie en periferie landen onderscheiden (=H3!).
1 / 28
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

H3. De olifant ontwaakt
Na deze les kun je...
- het demografisch transitiemodel beschrijven
- de economische en demografische kenmerken van centrum, semi-periferie en periferie landen onderscheiden (=H3!).

Slide 1 - Slide

Indeling
- vogelvlucht herhaling 3.1-3.3
- demografisch transitiemodel
- bespreken examenopdracht
- Kahoot

Slide 2 - Slide

3.1 Kennismaking
Intro Engeland en India
Wederzijdse beïnvloeding (koloniale tijd)
in bijvoorbeeld taal en eten.
Centrum - semi-periferie - periferie

Slide 3 - Slide

Koloniale verleden
GB rond 1900:
  • wereldrijk
  • industrialisatie
  • bevolkingsgroei
  • verstedelijkt 

Op zoek naar meer grondstoffen en plekken om hun industrieproducten te verkopen. 

Slide 4 - Slide

Koloniale verleden
Exploitatie kolonie versus vestigingskolonie
India was een exploitatiekolonie.
Het leverde grondstoffen, zoals katoen, zijde en thee. 
Australië was een vestigingskolonie.
Dat is een overzees gebiedsdeel waar kolonisten zich blijvend vestigen. 
Exploitatie = gebruiken / uitbuiten

Slide 5 - Slide

Verstedelijking
Belangrijke regel om te onthouden:

Hoe beter een land is ontwikkeld, des te hoger is de urbanisatiegraad en des te lager is het urbanisatietempo.

Arme landen hebben hoger urbanisatietempo
                          Waarom eigenlijk?
Urbanisatietempo en graad?
Urbanisatiegraad = hoeveel mensen wonen er in de steden
Urbanisatietempo = snelheid waaromee urbanisatiegraad toeneemt

Slide 6 - Slide

Verstedelijking
GB: hoge urbanisatiegraad (90%), laag urbanisatietempo
-> gestart tijdens industrialisatie

India: lage urbanisatiegraad (33%), gem. urbanisatietempo
-> pas recentelijk. 
-> slums vanwege hoge tempo
--> Gated community's (rijke inwoners steden)
Urbanisatietempo en graad?
Urbanisatiegraad = hoeveel mensen wonen er in de steden
Urbanisatietempo = snelheid waaromee urbanisatiegraad toeneemt

Slide 7 - Slide

Economische ontwikkeling GB
Na WOII de-industrialisatie (lage lonen landen), ontstaan diensteneconomie

Londen groeit uit tot centrum van de zakelijke en financiële dienstverlening.

MNO's vestigen zich in Londen



Hierdoor veel regionale ongelijkheid in GB

Slide 8 - Slide

3.2: landen economisch met elkaar vergelijken


Bruto National Product (BNP) -> BNP/hoofd
Bruto Binnenlands product (BBP)
Koopkracht
Beroepssectoren (landbouw/industrie/diensten)
Human development index (leeftijd, analfabetisme, BNP)
Hamburgerindex

Slide 9 - Slide

Ontwikkelingsindicatoren
BNP
Bruto Nationaal Product
HDI
Human Development Index
- Gemiddelde inkomen van een land per jaar, uitgedrukt in geld
- Gemiddelde, dus regionale ongelijkheid is niet te zien.
(daarom BRP)
- Gemiddelde, dus sociale ongelijkheid is niet te zien
- Cijfers zijn niet altijd betrouwbaar
- Verschillen in koopkracht
- Puntensysteem
- Economisch BNP
- Demografisch Levensverwachting
- sociaal-cultureel Analfabetisme
-
Geen info over regionale ongelijkheid

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

3.3: landen demografisch met elkaar vergelijken

Bevolkingsdichtheid: mensen/km2
Bevolkingsspreiding: hoe mensen verdeeld zijn over een land
Bevolkingsgroei: geboorte – sterfte + vestiging – vertrek
Bevolkingspyramide: groene/grijze druk. Hoe oud is iedereen?

Slide 12 - Slide

Tot slot 3.3: demografisch transitiemodel

Wat is dat?

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Fase 1

Slide 15 - Slide

Fase 2

Slide 16 - Slide

Fase 3

Slide 17 - Slide

Fase 4

Slide 18 - Slide

Fase 5

Slide 19 - Slide

Demografisch transitiemodel

Slide 20 - Slide

Examentraining
opdracht 2

Slide 21 - Slide

Groei bbp

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Examentraining opg 5
1) In de G7-landen is sprake van vergrijzing (oorzaak), waardoor de economische groei afgeremd wordt vanwege de hoge kosten die gepaard gaan met vergrijzing (gevolg).
 2) In de BRIC-landen neemt het aandeel van de beroepsbevolking (15- tot 65-jarigen) de komende jaren nog toe (oorzaak), waardoor de economische groei gestimuleerd wordt door de relatief grote beroepsbevolking (gevolg).

Slide 24 - Slide

Examentraining
Beredeneer vraag
Stap 1: punten is aantal stappen die je zelf moet maken
Stap 2: lees de vraag goed, waar moet ik beginnen
Stap 3: Waar moet je redenering eindigen?
Stap 4: Bedenk wat de link is tussen begin en eind.
Check: soms staat er dat je een atlaskaart of algemene regel moet gebruiken. Zorg dat die in je redenering zit. 

Slide 25 - Slide

Examentraining
Beredeneer vraag

De vraag naar natuurlijke hulpbronnen zal stijgen door een toename van de welvaart in de wereld, zodat ook de prijs van de grondstoffen gaat stijgen. Landen die veel grondstoffen in de grond hebben zitten zullen hierdoor veel inkomsten krijgen. 

Slide 26 - Slide

Opdracht: overzicht hoofdstuk 3
Samenwerkingsopdracht
Ongeveer 15 minuten
Klaar? Ga verder met 2e oefenexamen
Vul het schema in met de gegeven woorden. Tip: maak een foto van het ingevulde schema als aantekeningen!
Na 15 minuten bespreken we het schema.

Slide 27 - Slide

mix sociale en economische factoren
Brengt in beeld:
welvaart en welzijn van mensen
Sociaal - positie in een netwerk
Opleiding 

Slide 28 - Slide