*Woordsoorten par 6, pvnw en bvnw, vwo 1

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Woordsoorten paragraaf 6

Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord

Lesdoel

Na deze lessenserie kun je:

- de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden in een zin herkennen en gebruiken 

Filmpje 

Filmpje Nieuw Nederlands 

Vertel ME eens op welke camping JULLIE JE vakantie hebben doorgebracht.

1. me=pers. vnw, jullie=bez. vnw, je=pers. vnw
2. me=bez. vnw, jullie=pers. vnw, je=bez. vnw
3. me=pers. vnw, jullie=pers.vnw, je=bez
4. me=bez. vwn, jullie=bez. vnw, me=bez. vnw

Op MIJN school maakt iedereen een creatieve opdracht voor ZIJN leukste vak.

1. mijn=bez. vnw, zijn=bez. vnw
2. mijn=pers zijn=pers
3. mijn=bez zijn=pers
4. mijn=pers zijn=bez

Volgens JOU wil JULLIE vriend uit Urk JOUW zeilbootje dus graag kopen.

1. jou=pers, jullie=pers, jouw=bez
2. jou=pers, jullie=bez jouw=bez
3. jou=bez, jullie=pers jouw=bez
4. jou=bez, jullie=bez, jouw=bez

Zou U ONS werkstuk deze week nog voor ONS kunnen nakijken, meneer?

1. u= pers, ons=pers, ons=bez
2. u= pers, ons=bez, ons=pers
3. u= bez, ons=bez, ons=pers
4. u= bez, ons=pers, ons=bez

Welke kapper heeft voor HAAR al die kraaltjes in HAAR HAAR gevlochten?

1e haar-2e haar-3e haar=

1. pers-bez-pers
2. pers-bez-zn
3. pers-pers-bez

Let op:

• 'Hun' is nooit een onderwerp!
  Fout: Hun hebben dat gedaan.
  Goed:  Zij hebben dat gedaan.

• 'Me' is nooit een bez. vnw.
  Fout: Ik heb me boek niet bij me.
  Goed: Ik heb mijn/m'n boek niet bij me.
  

Opdracht

Nieuw Nederlands online 

cursus 5, paragraaf 6 grammatica persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord.  

Maak opdracht 1, 2, 3, 4

Boek blz. 214: opdracht 1, 2, 3 en 4

Klaar: Ga verder met je verwerkingsopdracht.