Alle cellen behalve de geslachtscellen (eicel en zaadcel).
Hebben altijd de chromosomen in paren (even aantal)
Hebben alle chromosomen, maar deze staan 'uit' of 'aan' afhankelijk of het nodig is.
Bijv. spiercellen hebben het gen die de oogkleur bepaalt ook. Maar deze staat 'uit' in de spieren en 'aan' in de ogen.
Lichaamscellen delen zich door Mitose.